Toelichting

Overzicht ontvangsten en uitgaven - functioneel (schema T1)

Terug naar navigatie - Overzicht ontvangsten en uitgaven - functioneel (schema T1)

Schema T1 toont u, per beleidsdomein, de gerealiseerde en geraamde uitgaven en ontvangsten. We tonen dit voor het exploitatie-, investerings- en financieringsbudget.

2020 2021 2022 2023 2024 2025
Jaarrekening Jaarrekening Jaarrekening Meerjarenplan Meerjarenplan Meerjarenplan
Algemene financiering
Exploitatie
Uitgaven 280.885 263.585 283.511 331.402 295.092 251.190
Ontvangsten 13.876.064 14.098.534 14.987.869 17.811.818 17.048.662 17.960.177
Saldo 13.595.179 13.834.949 14.704.358 17.480.416 16.753.570 17.708.987
Investeringen
Uitgaven - 6.523 27.205 30.000 -
Ontvangsten - - - 400.000 -
Saldo - -6.523 -27.205 370.000 -
Financiering
Uitgaven 1.097.500 1.773.808 2.428.188 1.794.732 1.521.661 1.116.405
Ontvangsten 1.596.948 2.875.094 304.252 4.040.139 1.772.687 2.076.117
Saldo 499.448 1.101.286 -2.123.935 2.245.407 251.026 959.712
Algemeen bestuur
Exploitatie
Uitgaven 4.092.899 4.444.672 4.973.112 5.452.826 5.962.596 5.797.185
Ontvangsten 226.818 293.429 241.964 520.203 658.260 700.874
Saldo -3.866.081 -4.151.243 -4.731.148 -4.932.622 -5.304.336 -5.096.311
Investeringen
Uitgaven 178.832 453.378 1.015.067 1.781.963 2.082.225 322.500
Ontvangsten 412 3.000 - 190.000 - -
Saldo -178.420 -450.378 -1.015.067 -1.591.963 -2.082.225 -322.500
Veiligheid
Exploitatie
Uitgaven 1.522.625 1.448.952 1.916.773 2.219.739 2.246.485 2.304.932
Ontvangsten 18.336 21.164 22.671 21.000 21.000 21.000
Saldo -1.504.289 -1.427.788 -1.894.102 -2.198.739 -2.225.485 -2.283.932
Investeringen
Uitgaven 114.304 101.972 91.899 256.740 162.432 159.363
Ontvangsten - - - - - -
Saldo -114.304 -101.972 -91.899 -256.740 -162.432 -159.363
Wegen en mobiliteit
Exploitatie
Uitgaven 910.171 1.067.525 1.248.500 1.206.116 1.271.130 1.276.493
Ontvangsten 99.549 58.303 73.206 52.159 53.314 60.716
Saldo -810.622 -1.009.222 -1.175.294 -1.153.957 -1.217.816 -1.215.777
Investeringen
Uitgaven 2.758.925 1.142.053 1.020.772 1.297.174 1.654.629 1.278.318
Ontvangsten 985.760 393.660 102.965 1.573.939 693.191 206.235
Saldo -1.773.165 -748.393 -917.807 276.765 -961.438 -1.072.083
Wonen en werken
Exploitatie
Uitgaven 3.566.112 3.126.549 3.122.765 3.732.123 4.171.376 4.256.662
Ontvangsten 1.370.307 1.344.512 1.172.079 1.186.562 1.159.993 1.164.595
Saldo -2.195.805 -1.782.037 -1.950.686 -2.545.561 -3.011.383 -3.092.067
Investeringen
Uitgaven 2.377.220 1.629.825 370.101 2.669.536 637.564 107.000
Ontvangsten - - 276.787 11.739 85.000 -
Saldo -2.377.220 -1.629.825 -93.314 -2.657.797 -552.564 -107.000
Financiering
Uitgaven - - - 200.000 200.000 200.000
Ontvangsten 22.545 24.473 24.473 2.022.545 22.545 22.545
Saldo 22.545 24.473 24.473 1.822.545 -177.455 -177.455
Vrije tijd
Exploitatie
Uitgaven 1.828.522 1.830.938 1.997.068 2.563.565 2.511.475 2.522.733
Ontvangsten 51.536 157.176 229.789 102.037 80.393 80.599
Saldo -1.776.986 -1.673.762 -1.767.279 -2.461.528 -2.431.082 -2.442.134
Investeringen
Uitgaven 451.697 61.131 337.583 125.960 458.100 15.000
Ontvangsten - 4.998 43.901 11.849 127.000 -
Saldo -451.697 -56.133 -293.682 -114.111 -331.100 -15.000
Leren en welzijn
Exploitatie
Uitgaven 4.958.898 5.643.452 6.010.535 6.142.591 6.660.774 6.711.415
Ontvangsten 4.115.993 4.793.429 4.898.953 4.846.285 4.896.362 4.689.759
Saldo -842.905 -850.023 -1.111.582 -1.296.306 -1.764.413 -2.021.656
Investeringen
Uitgaven 225.193 139.733 357.681 678.355 973.000 1.106.000
Ontvangsten - 21.978 - 337.300 53.500 1.005.000
Saldo -225.193 -117.755 -357.681 -341.055 -919.500 -101.000
MEERJARENPLAN HERZIENING 5 BEGINKREDIET 2024
Journaalvolgnummers: 83610
Gemeente Nazareth (0207.453.801) - Dorp 1, 9810 Nazareth
OCMW Nazareth (0212.201.356) - Zwanestraat 30, 9810 Nazareth

Overzicht ontvangsten en uitgaven - economisch (schema T2)

Terug naar navigatie - Overzicht ontvangsten en uitgaven - economisch (schema T2)

In schema T2 tonen we de gerealiseerde en geraamde uitgaven en ontvangsten per soort.

I. Exploitatie-uitgaven 2020 2021 2022 2023 2024 2025 2026
Jaarrekening Jaarrekening Jaarrekening Meerjarenplan Meerjarenplan Meerjarenplan Meerjarenplan
A. Operationele uitgaven 16.928.816 17.617.678 19.364.877 21.392.004 22.901.781 22.950.386 23.242.001
1. Goederen en diensten 3.225.087 3.741.209 3.853.753 4.029.516 4.393.464 4.336.118 4.379.503
2. Bezoldigingen, sociale lasten en pensioenen 8.894.593 9.581.989 10.732.591 11.654.908 12.646.045 12.676.848 12.846.328
a. Politiek personeel 355.744 372.864 375.227 422.935 415.199 423.503 431.975
b. Vastbenoemd niet-onderwijzend personeel 1.914.742 1.954.402 1.823.898 1.838.292 1.997.046 2.098.876 2.217.050
c. Niet-vastbenoemd niet-onderwijzend personeel 4.091.591 4.436.737 5.389.168 6.247.012 6.904.836 6.792.933 6.792.933
d. Onderwijzend personeel ten laste van het bestuur 43.184 75.826 96.529 55.818 58.346 59.513 60.703
e. Onderwijzend personeel ten laste van andere overheden 2.111.235 2.338.419 2.611.184 2.600.000 2.700.000 2.720.000 2.750.000
f. Andere personeelskosten 288.290 315.625 330.474 362.989 425.428 433.930 442.612
g. Pensioenen 89.807 88.117 106.111 127.862 145.190 148.093 151.055
3. Individuele hulpverlening door het O.C.M.W. 522.055 478.352 756.805 719.787 786.694 787.230 802.976
4. Toegestane werkingssubsidies 4.271.081 3.799.679 3.973.851 4.975.450 5.055.588 5.130.200 5.193.204
- aan de eigen autonome gemeentebedrijven (AGB) 532.675 581.706 384.918 762.380 625.000 610.000 590.000
- aan welzijnsverenigingen 990.756 635.029 569.700 887.214 1.045.322 1.074.274 1.096.781
- aan andere OCMW-verenigingen 5.855 5.923 6.005 - - - -
- aan de politiezone 1.100.837 1.039.905 1.453.379 1.685.907 1.685.907 1.719.625 1.754.018
- aan de hulpverleningszone 393.158 393.568 445.206 513.642 542.928 567.657 578.889
- aan intergemeentelijke samenwerkingsverbanden (IGS) 589.028 758.423 803.440 781.099 780.659 809.459 824.331
- aan besturen van de eredienst 15.000 9.936 14.000 22.773 20.000 20.000 20.000
- aan andere begunstigden 643.772 375.189 297.203 322.435 355.772 329.185 329.185
5. Andere operationele uitgaven 16.000 16.449 47.876 12.343 19.990 19.990 19.990
B. Financiële uitgaven 231.297 207.995 187.389 256.356 217.148 170.224 187.008
1. Rente, commissies en kosten verbonden aan schulden 230.365 206.958 186.556 255.106 216.148 169.224 186.008
- aan financiële instellingen 222.761 204.694 184.879 248.601 207.854 152.862 169.646
- aan andere entiteiten 7.604 2.264 1.678 6.505 8.294 16.362 16.362
2. Andere financiële uitgaven 932 1.037 832 1.250 1.000 1.000 1.000
C. Rechthebbenden uit het overschot van het boekjaar
17.160.112,93 17.825.673,00 19.552.266 21.648.360 23.118.929 23.120.610 23.429.009
II. Exploitatieontvangsten 2020 2021 2022 2023 2024 2025 2026
Jaarrekening Jaarrekening Jaarrekening Meerjarenplan Meerjarenplan Meerjarenplan Meerjarenplan
A. Operationele ontvangsten 19.294.066 20.193.686 21.156.906 24.237.699 23.611.619 24.371.356 24.828.282
1. Ontvangsten uit de werking 929.832 1.052.907 1.079.719 1.202.142 1.136.363 1.135.088 1.135.088
2. Fiscale ontvangsten en boetes 10.418.683 10.534.904 11.040.952 13.653.910 12.743.532 13.522.928 14.066.479
a. Aanvullende belastingen 9.494.026 9.312.946 9.816.484 12.398.410 11.685.488 12.454.509 12.987.581
- Opcentiemen op de onroerende voorheffing 4.764.193 4.772.077 4.932.687 5.547.888 5.863.813 6.263.113 6.527.569
- Aanvullende belasting op de personenbelasting 4.512.897 4.309.488 4.662.445 6.605.094 5.564.650 5.926.451 6.190.503
- Andere aanvullende belastingen 216.936 231.380 221.352 245.428 257.025 264.945 269.509
b. Andere belastingen en boetes 924.657 1.221.959 1.224.468 1.255.500 1.058.044 1.068.419 1.078.898
3. Werkingssubsidies 7.298.743 8.006.115 8.374.070 8.622.371 8.792.640 8.716.382 8.564.746
a. Algemene werkingssubsidies 3.464.749 3.575.189 3.979.498 4.169.509 4.312.756 4.444.864 4.483.228
- Gemeentefonds 2.621.958 2.764.127 2.897.307 2.984.403 3.074.544 3.167.920 3.167.837
- andere algemene werkingssubsidies 842.791 811.062 1.082.191 1.185.106 1.238.212 1.276.944 1.315.391
* van de federale overheid 126 126 6.232 - - - -
* van de Vlaamse overheid 842.665 809.885 1.026.477 1.185.106 1.238.212 1.276.944 1.315.391
* van de provincie - - - - - - -
* van andere entiteiten 1.051 49.482 - - - -
b. Specifieke werkingssubsidies 3.833.994 4.430.926 4.394.573 4.452.862 4.479.884 4.271.518 4.081.518
- van de federale overheid 746.640 603.401 780.716 911.199 803.382 705.903 705.903
- van de Vlaamse overheid 2.983.543 3.670.768 3.506.041 3.539.113 3.673.952 3.563.065 3.373.065
- van de provincie 4.000 8.664 7.941 1.500 1.500 1.500 1.500
- van andere entiteiten 99.810 148.092 99.874 1.050 1.050 1.050 1.050
4. Recuperatie individuele hulpverlening 61.395 27.823 69.017 59.595 59.264 59.287 59.287
5. Andere operationele ontvangsten 585.413 571.937 593.148 699.681 879.820 937.670 1.002.682
B. Financiële ontvangsten 464.537 572.861 469.625 302.364 306.364 306.364 306.364
19.758.603,44 20.766.547,13 21.626.531 24.540.063 23.917.983 24.677.720 25.134.646
III. Exploitatiesaldo 2020 2021 2022 2023 2024 2025 2026
Jaarrekening Jaarrekening Jaarrekening Meerjarenplan Meerjarenplan Meerjarenplan Meerjarenplan
2.598.491 2.940.873 2.074.266 2.891.703 799.054 1.557.110 1.705.638
I. Investeringsuitgaven 2020 2021 2022 2023 2024 2025 2026
Jaarrekening Jaarrekening Jaarrekening Meerjarenplan Meerjarenplan Meerjarenplan Meerjarenplan
A. Investeringen in financiële vaste activa 695.825 168.832 0 0 0 0 0
1. Extern verzelfstandigde agentschappen
2. Intergemeentelijke samenwerkingsverbanden en soortgelijke entiteiten 695.825 168.832 0 0 0 0 0
3. OCMW-verenigingen
4. Andere financiële vaste activa
B. Investeringen in materiële vaste activa 5.090.473 2.972.481 2.661.557 5.787.313 4.764.723 2.612.818 1.164.150
1. Gemeenschapsgoederen en bedrijfsmatige materiële vaste activa 5.090.473 2.972.284 2.661.557 5.787.313 4.764.723 2.612.818 1.164.150
a. Terreinen en gebouwen 2.785.342 1.658.589 1.208.665 4.102.720 2.967.500 1.270.000 0
b. Wegen en andere infrastructuur 620.669 256.263 951.408 1.057.037 1.267.941 1.067.200 971.000
c. Roerende goederen 280.706 402.294 394.508 397.212 303.994 81.500 0
d. Leasing en soortgelijke rechten 1.403.256 655.138 43.032 193.637 196.688 194.118 193.150
e. Erfgoed 500 0 63.943 36.707 28.600 0 0
2. Andere materiële vaste activa 0 197 0 0 0 0 0
a. Onroerende goederen 197
b. Roerende goederen
C. Investeringen in immateriële vaste activa 179.241 193.944 299.362 503.239 818.500 156.000 0
D. Toegestane investeringssubsidies 140.633 192.834 238.437 546.383 414.727 219.363 197.156
- aan welzijnsverenigingen 22.040 89.439 153.078 281.253 258.295 60.000 50.000
- aan de politiezone 77.364 48.571 44.958 210.907 113.059 109.309 100.000
- aan de hulpverleningszone 36.941 40.213 40.400 45.833 43.373 50.054 47.156
- aan besturen van de eredienst 4.289 0 0 0 0 0 0
- aan andere begunstigden 0 14.610 0 8.390 0 0 0
6.106.172 3.528.091 3.199.356 6.836.935 5.997.950 2.988.181 1.361.306
II. Investeringsontvangsten 2020 2021 2022 2023 2024 2025 2026
Jaarrekening Jaarrekening Jaarrekening Meerjarenplan Meerjarenplan Meerjarenplan Meerjarenplan
A. Verkoop van financiële vaste activa 57.985 57.985 192.273 57.985 57.985 57.985 57.985
1. Extern verzelfstandigde agentschappen
2. Intergemeentelijke samenwerkingsverbanden en soortgelijke entiteiten 57.985 57.985 192.273 57.985 57.985 57.985 57.985
3. OCMW-verenigingen
4. Andere financiële vaste activa
B. Verkoop van materiële vaste activa 928.187 8.987 0 0 400.000 980.000 0
1. Gemeenschapsgoederen en bedrijfsmatige materiële vaste activa 927.775 8.987 0 0 0 980.000 0
a. Terreinen en gebouwen 980.000
b. Wegen en andere infrastructuur 927.775 8.987
c. Roerende goederen
d. Leasing en soortgelijke rechten
e. Erfgoed
2. Andere materiële vaste activa 412 0 0 0 400.000 0 0
a. Onroerende goederen 400.000
b. Roerende goederen 412
C. Verkoop van immateriële vaste activa 0 0 0 226.000 73.500 25000 0
D. Investeringssubsidies en -schenkingen 0 356.663 231.381 1.840.842 827.206 148.250 68.250
- van de federale overheid
- van de Vlaamse overheid 30.800 186.401 821.039 827.206 148.250 68.250
- van de provincie 322.864 44.980 1.019.803
- van de gemeente
- van het OCMW
- van andere entiteiten 3.000
986.172,38 423.635,19 423.654 2.124.827 1.358.691 1211235 126235
III. Investeringssaldo 2020 2021 2022 2023 2024 2025 2026
Jaarrekening Jaarrekening Jaarrekening Meerjarenplan Meerjarenplan Meerjarenplan Meerjarenplan
-5.119.999 -3.104.455 -2.775.702 -4.712.108 -4.639.259 -1.776.946 -1.235.071
Saldo exploitatie en investeringen 2020 2021 2022 2023 2024 2025 2026
Jaarrekening Jaarrekening Jaarrekening Meerjarenplan Meerjarenplan Meerjarenplan Meerjarenplan
-2.521.509 -163.582 -701.437 -1.820.405 -3.840.205 -219.835 470.567
I. Financieringsuitgaven 2020 2021 2022 2023 2024 2025 2026
Jaarrekening Jaarrekening Jaarrekening Meerjarenplan Meerjarenplan Meerjarenplan Meerjarenplan
A. Vereffening van financiële schulden 968.875 1.050.548 1.154.321 1.296.582 1.110.814 870.405 945.798
1. Periodieke aflossingen van opgenomen leningen en leasings 968.875 1.050.548 1.154.321 1.296.582 1.110.814 870.405 945.798
2. Niet-periodieke aflossingen van opgenomen leningen en leasings
B. Vereffening van niet-financiële schulden 0 0 200.000 200.000 200.000 200.000
C. Toegestane leningen en betalingsuitstel 128.625 723.260 1.273.866 498.150 410.847 246.000 400.000
1. Toegestane leningen 128.625 723.260 1.273.866 498.150 410.847 246.000 400.000
- aan autonome provinciebedrijven (APB)
- aan autonome gemeentebedrijven (AGB) 128.625 723.260 1.273.866 498.150 410.847 246.000 400.000
- aan welzijnsverenigingen
- aan andere OCMW-verenigingen
- aan de politiezone
- aan de hulpverleningszone
- aan intergemeentelijke samenwerkingsverbanden (IGS) 0 0 0 0 0 0 0
- aan besturen van de eredienst
- aan niet-confessionele levensbeschouwelijke gemeenschappen
- aan andere begunstigden
2. Toegestaan betalingsuitstel
D. Vooruitbetalingen
E. Kapitaalsverminderingen
1.097.499,89 1.773.808,00 2.428.188 1.994.732 1.721.661 1.316.405 1.545.798
II. Financieringsontvangsten 2020 2021 2022 2023 2024 2025 2026
Jaarrekening Jaarrekening Jaarrekening Meerjarenplan Meerjarenplan Meerjarenplan Meerjarenplan
A. Aangaan van financiële schulden 1.403.256 2.655.138 43.032 3.693.636 1.396.687 1.694.117 1.694.117
- opname van leningen en leasings bij financiële instellingen 0 2.000.000 0 3.500.000 1.200.000 1.500.000 1.500.000
- opname van leningen en leasings bij andere entiteiten 1.403.256 655.138 43.032 193.636 196.687 194.117 194.117
B. Aangaan van niet-financiële schulden 2.000.000
C. Vereffening van toegestane leningen en betalingsuitstel 216.237 244.429 285.694 369.048 398.545 404.545 377.545
1. Terugvordering van toegestane leningen 216.237 244.429 285.694 369.048 398.545 404.545 377.545
a. Periodieke terugvorderingen 216.237 244.429 285.694 369.048 398.545 404.545 377.545
b. Niet-periodieke terugvorderingen
2. Vereffening van betalingsuitstel
D. Vereffening van vooruitbetalingen
E. Kapitaalvermeerderingen
F. Bijdragen en schenkingen niet gekoppeld aan operationale
1.619.493,17 2.899.567,90 328.726 6.062.684 1.795.232 2.098.662 2.071.662
III. Financieringssaldo 2020 2021 2022 2023 2024 2025 2026
Jaarrekening Jaarrekening Jaarrekening Meerjarenplan Meerjarenplan Meerjarenplan Meerjarenplan
521.993 1.125.760 -2.099.462 4.067.952 73.571 782.257 525.864
Budgettair resultaat van het boekjaar 2020 2021 2022 2023 2024 2025 2026
Jaarrekening Jaarrekening Jaarrekening Meerjarenplan Meerjarenplan Meerjarenplan Meerjarenplan
-1.999.515 962.178 -2.800.899 2.247.547 -3.766.634 562.421 996.431
MEERJARENPLAN HERZIENING 5 BEGINKREDIET 2024
Journaalvolgnummers: 83610
Gemeente Nazareth (0207.453.801) - Dorp 1, 9810 Nazareth
OCMW Nazareth (0212.201.356) - Zwanestraat 30, 9810 Nazareth

Investeringsprojecten (schema T3)

Terug naar navigatie - Investeringsprojecten (schema T3)
PRIO IP-PA1-02: Investeren in de lokale handel Reeds gerealiseerd Nog te realiseren Totaal
PA1-02: De lokale handel stimuleren vóór MJP in MJP vóór MJP in MJP na MJP
I. UITGAVEN 38.870 12.016 50.885
A. Investeringen in financiële vaste activa
B. Investeringen in materiële vaste activa 35.905 12.016 47.921
1. Gemeenschapsgoederen en bedrijfsmatige materiële vaste activa 35.905 12.016 47.921
c. Roerende goederen 35.905 12.016 47.921
C. Investeringen in immateriële vaste activa 2.965 2.965
D. Toegestane investeringssubsidies
PRIO IP-PA2-01: Investeren in de open ruimte Reeds gerealiseerd Nog te realiseren Totaal
PA2-01: De open ruimte behouden vóór MJP in MJP vóór MJP in MJP na MJP
I. UITGAVEN 175.565 2.088.329 2.263.893
B. Investeringen in materiële vaste activa 2.000.000 2.000.000
1. Gemeenschapsgoederen en bedrijfsmatige materiële vaste activa 2.000.000 2.000.000
a. Terreinen en gebouwen 2.000.000 2.000.000
C. Investeringen in immateriële vaste activa 175.565 88.329 263.893
D. Toegestane investeringssubsidies
II. ONTVANGSTEN
C. Verkoop van immateriële vaste activa 20.000 20.000
PRIO IP-PA2-02: Investeren in een toegankelijk groenblauw netwerk Reeds gerealiseerd Nog te realiseren Totaal
PA2-02: Het creëren van een toegankelijk groenblauw netwerk vóór MJP in MJP vóór MJP in MJP na MJP
I. UITGAVEN 1.540.637 876.084 2.416.721
B. Investeringen in materiële vaste activa 1.483.953 874.293 2.358.246
1. Gemeenschapsgoederen en bedrijfsmatige materiële vaste activa 1.483.953 874.293 2.358.246
a. Terreinen en gebouwen 1.381.379 451.264 1.832.643
b. Wegen en andere infrastructuur 102.574 423.029 525.603
C. Investeringen in immateriële vaste activa 56.684 1.790 58.475
II. ONTVANGSTEN 185.462 70.750 256.212
B. Verkoop van materiële vaste activa 8.987 8.987
1. Gemeenschapsgoederen en bedrijfsmatige materiële vaste activa 8.987 8.987
b. Wegen en andere infrastructuur 8.987 8.987
D. Investeringssubsidies en -schenkingen 176.475 70.750 247.225
PRIO IP-PB1-01: Investeren in het voorrang geven aan voetgangers en fietsers Reeds gerealiseerd Nog te realiseren Totaal
PB1-01: Voorrang geven aan voetgangers en fietsers vóór MJP in MJP vóór MJP in MJP na MJP
I. UITGAVEN 133.439 752.000 885.440
B. Investeringen in materiële vaste activa 72.122 752.000 824.122
1. Gemeenschapsgoederen en bedrijfsmatige materiële vaste activa 72.122 752.000 824.122
a. Terreinen en gebouwen
b. Wegen en andere infrastructuur 72.122 749.000 821.122
c. Roerende goederen 3.000 3.000
C. Investeringen in immateriële vaste activa 61.317 61.317
II. ONTVANGSTEN 8.822 85.000 93.822
D. Investeringssubsidies en -schenkingen 8.822 85.000 93.822
PRIO IP-PB2-01: Investeren in gedeelde mobiliteit Reeds gerealiseerd Nog te realiseren Totaal
PB2-01: Gedeelde mobiliteit faciliteren vóór MJP in MJP vóór MJP in MJP na MJP
I. UITGAVEN 63.000 63.000
B. Investeringen in materiële vaste activa 63.000 63.000
1. Gemeenschapsgoederen en bedrijfsmatige materiële vaste activa 63.000 63.000
c. Roerende goederen 63.000 63.000
II. ONTVANGSTEN 59.750 59.750
D. Investeringssubsidies en -schenkingen 59.750 59.750
PRIO IP-PB2-02: Investeren in het vernieuwen van wegen Reeds gerealiseerd Nog te realiseren Totaal
PB2-02: De weginfrastructuur vernieuwen vóór MJP in MJP vóór MJP in MJP na MJP
I. UITGAVEN 1.090.133 2.191.521 3.281.654
B. Investeringen in materiële vaste activa 1.014.813 2.124.387 3.139.200
1. Gemeenschapsgoederen en bedrijfsmatige materiële vaste activa 1.014.813 2.124.387 3.139.200
a. Terreinen en gebouwen 50.000 50.000
b. Wegen en andere infrastructuur 1.014.813 2.074.387 3.089.200
C. Investeringen in immateriële vaste activa 75.320 67.134 142.454
II. ONTVANGSTEN 317.865 1.988.160 2.306.025
D. Investeringssubsidies en -schenkingen 317.865 1.988.160 2.306.025
PRIO IP-PB2-03: Investeren in een slimme en veilige weginrichting Reeds gerealiseerd Nog te realiseren Totaal
PB2-03: Focus op een slimme en veilige weginrichting vóór MJP in MJP vóór MJP in MJP na MJP
I. UITGAVEN 84.170 227 84.397
B. Investeringen in materiële vaste activa 16.072 16.072
1. Gemeenschapsgoederen en bedrijfsmatige materiële vaste activa 16.072 16.072
b. Wegen en andere infrastructuur 16.072 16.072
C. Investeringen in immateriële vaste activa 68.098 227 68.325
II. ONTVANGSTEN 30.000 30.000
D. Investeringssubsidies en -schenkingen 30.000 30.000
PRIO IP-PC1-01: Investeren in het voorkomen van afval Reeds gerealiseerd Nog te realiseren Totaal
PC1-01: Afval voorkomen vóór MJP in MJP vóór MJP in MJP na MJP
I. UITGAVEN 6.856 1.800 8.656
B. Investeringen in materiële vaste activa 6.856 1.800 8.656
1. Gemeenschapsgoederen en bedrijfsmatige materiële vaste activa 6.856 1.800 8.656
c. Roerende goederen 6.856 1.800 8.656
PRIO IP-PC1-02: Investeren in afval sorteren Reeds gerealiseerd Nog te realiseren Totaal
PC1-02: Afval op de juiste plaats vóór MJP in MJP vóór MJP in MJP na MJP
I. UITGAVEN 15.257 18.347 33.604
B. Investeringen in materiële vaste activa 15.257 18.347 33.604
1. Gemeenschapsgoederen en bedrijfsmatige materiële vaste activa 15.257 18.347 33.604
c. Roerende goederen 15.257 18.347 33.604
II. ONTVANGSTEN 11.739 11.739
D. Investeringssubsidies en -schenkingen 11.739 11.739
PRIO IP-PC2-01: Investeren in ontharding Reeds gerealiseerd Nog te realiseren Totaal
PC2-01: De grond ontharden vóór MJP in MJP vóór MJP in MJP na MJP
I. UITGAVEN 90.739 30.000 120.739
B. Investeringen in materiële vaste activa 90.739 30.000 120.739
1. Gemeenschapsgoederen en bedrijfsmatige materiële vaste activa 90.739 30.000 120.739
a. Terreinen en gebouwen 90.739 30.000 120.739
PRIO IP-PD1-01: Investeren in functionele, eigentijdse en duurzame infrastructuur Reeds gerealiseerd Nog te realiseren Totaal
PD1-01: Zorgen voor functioneel gespecialiseerde, eigentijdse en duurzame infrastructuur vóór MJP in MJP vóór MJP in MJP na MJP
I. UITGAVEN 336.597 696.429 1.033.026
B. Investeringen in materiële vaste activa 336.597 696.429 1.033.026
1. Gemeenschapsgoederen en bedrijfsmatige materiële vaste activa 336.597 696.429 1.033.026
a. Terreinen en gebouwen 334.655 696.421 1.031.076
c. Roerende goederen 1.942 8 1.950
II. ONTVANGSTEN 43.901 116.099 160.000
D. Investeringssubsidies en -schenkingen 43.901 116.099 160.000
PRIO IP-PD1-02: Investeren in informele en toegankelijke ontmoetingsplaatsen Reeds gerealiseerd Nog te realiseren Totaal
PD1-02: Informele en toegankelijke ontmoeting tussen mensen mogelijk maken vóór MJP in MJP vóór MJP in MJP na MJP
I. UITGAVEN 532.077 166.170 698.247
B. Investeringen in materiële vaste activa 513.395 160.780 674.176
1. Gemeenschapsgoederen en bedrijfsmatige materiële vaste activa 513.395 160.780 674.176
a. Terreinen en gebouwen 487.929 115.360 603.290
b. Wegen en andere infrastructuur 24.957 5.929 30.887
c. Roerende goederen 509 19.491 20.000
e. Erfgoed 20.000 20.000
C. Investeringen in immateriële vaste activa 14.071 14.071
D. Toegestane investeringssubsidies 4.610 5.390 10.000
II. ONTVANGSTEN 12.000 12.000
D. Investeringssubsidies en -schenkingen 12.000 12.000
PRIO IP-PD2-01: Investeren in het lokaal erfgoed Reeds gerealiseerd Nog te realiseren Totaal
PD2-01: Bestendigen en structureel verankeren van het lokaal erfgoed vóór MJP in MJP vóór MJP in MJP na MJP
I. UITGAVEN 30.228 317.120 347.348
B. Investeringen in materiële vaste activa 30.228 279.620 309.848
1. Gemeenschapsgoederen en bedrijfsmatige materiële vaste activa 30.228 279.620 309.848
a. Terreinen en gebouwen 11.234 272.520 283.754
c. Roerende goederen 18.994 18.994
d. Leasing en soortgelijke rechten
e. Erfgoed 7.100 7.100
C. Investeringen in immateriële vaste activa 37.500 37.500
D. Toegestane investeringssubsidies
II. ONTVANGSTEN 115.000 115.000
D. Investeringssubsidies en -schenkingen 115.000 115.000
PRIO IP-PD2-03: Investeren in een complementair en toegankelijk vrijetijdsaanbod Reeds gerealiseerd Nog te realiseren Totaal
PD2-03: Het uitbouwen van een complementair en toegankelijk vrijetijdsaanbod vóór MJP in MJP vóór MJP in MJP na MJP
I. UITGAVEN 1.150 1.500 2.650
B. Investeringen in materiële vaste activa 1.150 1.500 2.650
1. Gemeenschapsgoederen en bedrijfsmatige materiële vaste activa 1.150 1.500 2.650
e. Erfgoed 1.150 1.500 2.650
PRIO IP-PD2-04: Investeren in een gezonde levensstijl Reeds gerealiseerd Nog te realiseren Totaal
PD2-04: Inwoners en organisaties prikkelen voor een gezonde levensstijl vóór MJP in MJP vóór MJP in MJP na MJP
I. UITGAVEN 20.000 20.000
A. Investeringen in financiële vaste activa
B. Investeringen in materiële vaste activa
C. Investeringen in immateriële vaste activa 20.000 20.000
D. Toegestane investeringssubsidies
II. ONTVANGSTEN
PRIO IP-PD3-03: Investeren in Wel-zijn in Nazareth Reeds gerealiseerd Nog te realiseren Totaal
PD3-03: Wel-zijn in Nazareth vóór MJP in MJP vóór MJP in MJP na MJP
I. UITGAVEN 6.109 6.109
B. Investeringen in materiële vaste activa 6.109 6.109
1. Gemeenschapsgoederen en bedrijfsmatige materiële vaste activa 6.109 6.109
a. Terreinen en gebouwen 6.109 6.109
PRIO IP-PD3-04: Werken aan betrokken, veilige en zorgzame buurten Reeds gerealiseerd Nog te realiseren Totaal
PD3-04: Werken aan betrokken, veilige en zorgzame buurten vóór MJP in MJP vóór MJP in MJP na MJP
I. UITGAVEN 50.000 50.000
B. Investeringen in materiële vaste activa 50.000 50.000
1. Gemeenschapsgoederen en bedrijfsmatige materiële vaste activa 50.000 50.000
a. Terreinen en gebouwen 50.000 50.000
PRIO IP-PD3-05: Investeren in samenwerkingsverbanden Reeds gerealiseerd Nog te realiseren Totaal
PD3-05: Meer realiseren door samen te werken met partners vóór MJP in MJP vóór MJP in MJP na MJP
I. UITGAVEN 3.000 3.000
D. Toegestane investeringssubsidies 3.000 3.000
PRIO IP-PD4-01: Investeren in kwaliteitsvolle opvang voor kinderen van alle leeftijden Reeds gerealiseerd Nog te realiseren Totaal
PD4-01: Kwaliteitsvolle opvang voor kinderen van alle leeftijden vóór MJP in MJP vóór MJP in MJP na MJP
I. UITGAVEN 245.604 2.064.390 2.309.994
B. Investeringen in materiële vaste activa 1.700.000 1.700.000
1. Gemeenschapsgoederen en bedrijfsmatige materiële vaste activa 1.700.000 1.700.000
a. Terreinen en gebouwen 1.700.000 1.700.000
C. Investeringen in immateriële vaste activa 245.604 364.390 609.994
II. ONTVANGSTEN 1.284.500 1.284.500
B. Verkoop van materiële vaste activa 980.000 980.000
1. Gemeenschapsgoederen en bedrijfsmatige materiële vaste activa 980.000 980.000
a. Terreinen en gebouwen 980.000 980.000
C. Verkoop van immateriële vaste activa 304.500 304.500
PRIO IP-PD4-02: Investeren in een toekomstgerichte visie op onderwijs Reeds gerealiseerd Nog te realiseren Totaal
PD4-02: Een toekomst gerichte visie op onderwijs dat kinderen stimuleert, enthousiasmeert en ontwikkelt vóór MJP in MJP vóór MJP in MJP na MJP
I. UITGAVEN 33.335 33.335
B. Investeringen in materiële vaste activa 8.530 8.530
1. Gemeenschapsgoederen en bedrijfsmatige materiële vaste activa 8.530 8.530
c. Roerende goederen 8.530 8.530
C. Investeringen in immateriële vaste activa 24.805 24.805
PRIO IP-PE3-01: Investeren in een nieuw dienstverleningsmodel Reeds gerealiseerd Nog te realiseren Totaal
PE3-01: Ontwikkelen en implementeren van een nieuw dienstverleningsmodel: op maat en voor iedereen vóór MJP in MJP vóór MJP in MJP na MJP
I. UITGAVEN 85.045 2.158.121 2.243.166
B. Investeringen in materiële vaste activa 67.289 1.513.121 1.580.410
1. Gemeenschapsgoederen en bedrijfsmatige materiële vaste activa 67.289 1.513.121 1.580.410
a. Terreinen en gebouwen 67.289 1.423.121 1.490.410
b. Wegen en andere infrastructuur 90.000 90.000
c. Roerende goederen
d. Leasing en soortgelijke rechten
e. Erfgoed
2. Andere materiële vaste activa
a. Onroerende goederen
b. Roerende goederen
C. Investeringen in immateriële vaste activa 17.756 645.000 662.756
PRIO IP-PE3-02: Investeren in een papierloze en cashloze organisatie Reeds gerealiseerd Nog te realiseren Totaal
PE3-02: Tegen 2025 is Nazareth een papierloze en cashloze organisatie vóór MJP in MJP vóór MJP in MJP na MJP
I. UITGAVEN 11.199 52.000 63.199
B. Investeringen in materiële vaste activa 11.199 20.000 31.199
1. Gemeenschapsgoederen en bedrijfsmatige materiële vaste activa 11.199 20.000 31.199
c. Roerende goederen 11.199 20.000 31.199
C. Investeringen in immateriële vaste activa 32.000 32.000
MEERJARENPLAN HERZIENING 5 BEGINKREDIET 2024
Journaalvolgnummers:83610
Gemeente Nazareth (0207.453.801) - Dorp 1, 9810 Nazareth
OCMW Nazareth (0212.201.356) - Zwanestraat 30, 9810 Nazareth

Evolutie financiële schulden (schema T4)

Terug naar navigatie - Evolutie financiële schulden (schema T4)
Financiële schulden op 31 december 2020 2021 2022 2023 2024 2025 2026
A. Financiële schulden op lange termijn 8.944.341 10.459.961 9.327.792 11.910.614 12.436.896 13.185.215 13.933.127
1. Financiële schulden op 1 januari 8.726.973 8.944.341 10.459.961 9.327.792 11.910.614 12.436.896 13.185.215
2. Nieuwe leningen 1.403.256 2.655.138 43.032 3.693.636 1.396.687 1.694.117 1.694.117
3. Aflossingen
4. Overboekingen -1.185.888 -1.139.518 -1.175.201 -1.110.814 -870.405 -945.798 -946.205
5. Andere mutaties
B. Financiële schulden op lange termijn die binnen het jaar vervallen 1.064.160 1.153.130 1.174.010 988.243 747.834 823.226 823.633
1. Financiële schulden op 1 januari 847.147 1.064.160 1.153.130 1.174.011 988.242 747.834 823.226
2. Aflossingen -968.875 -1.050.548 -1.154.321 -1.296.582 -1.110.814 -870.405 -945.798
3. Overboekingen 1.185.888 1.139.518 1.175.201 1.110.814 870.405 945.798 946.205
4. Andere mutaties
C. Financiële schulden op korte termijn 2.033
Totaal financiële schulden 10.008.501 11.615.124 10.501.802 12.898.856 13.184.729 14.008.441 14.756.761
MEERJARENPLAN HERZIENING 5 BEGINKREDIET 2024
Journaalvolgnummers: 83610
Gemeente Nazareth (0207.453.801) - Dorp 1, 9810 Nazareth
OCMW Nazareth (0212.201.356) - Zwanestraat 30, 9810 Nazareth

Financiële risico's

Terug naar navigatie - Financiële risico's

In dit document geven we je een niet-limitatief overzicht van de potentiële risico’s met een financiële impact op het bestuur. Deze toelichting kadert in artikel 177, 259 en 261 van het decreet lokaal bestuur en 3.5 van de omzendbrief KB/ABB/2019/4.

Het team Financiën heeft de ambitie om alle onderstaande risico’s met financiële impact structureel op te volgen en te remediëren waar nodig. Op basis van structurele rapportering aan het managementteam, het college en de raad zal een structurele en transparante informatiestroom ontstaan waarop beslissingen kunnen genomen worden.


Ontvangsten
Ontvangsten uit de aanvullende personenbelasting
De ontvangsten uit de aanvullende personenbelasting zijn voor Nazareth, net voor alle andere gemeenten, een belangrijke ontvangstenbron. In 2023 kent deze ontvangst een grote stijging, er wordt geraamd dat we dan 6,6 miljoen euro zouden ontvangen. Dit heeft enerzijds te maken met de inflatie maar voornamelijk ook door het uitbetalen van 14 maanden in plaats van 12 maanden. Op basis van de voorspellingen van de FOD Financiën ontvangen we 5,6 miljoen euro in 2024 en 5,9 miljoen euro in 2025. We behouden ons tarief de volgende jaren op 6,9%. We hebben, gezien het percentage op onze exploitatieontvangsten, een correcte afhankelijkheidsgraad. Echter, een daling van deze ontvangsten, door het verkeerd inschatten van de groeimarges, zou een belangrijke impact hebben op de financiële evenwichten van dit meerjarenplan.

Maatregelen van de hogere overheden hebben een impact op onze ontvangsten. Het mogelijks afschaffen van de belastingschaal van 30% of eerdere maatregelen zoals de tax-shift zorgen voor lagere inkomsten voor de gemeente. Het is moeilijk te berekenen wat de netto-impact voor onze gemeente zou zijn mocht de tax-shift niet hebben plaatsgevonden.

Beheersmaatregel:

  • het maandelijks (vooruitgang van de inkohiering) en jaarlijks (evolutie van de opbrengsten) opvolgen van deze ontvangst zal ons tijdig zicht geven op de evolutie op zowel korte als lange termijn.

Ontvangsten uit de opcentiemen op de onroerende voorheffing
Deze ontvangsten zijn voor 2023 geraamd op 5,55 miljoen euro, d.i. 23% van de totale exploitatieontvangsten. We behouden het tarief voor de volgende jaren op 787 opcentiemen. De kadastrale inkomens, de basis voor de belastingaanslag, zijn een zeer stabiel gegeven waardoor we deze ontvangsten vrij stabiel kunnen noemen. We houden in het Meerjarenplan rekening met een hogere groei van deze ontvangsten door de uitbreiding van de bedrijvenzone ‘de Prijkels’. De raming voor 2024 bedraagt 5,86 miljoen euro. De sterke inflatie heeft ook een belangrijke impact op deze belasting gezien de kadastrale inkomens hoger geïndexeerd zullen worden.

De belasting kan negatief beïnvloed worden door vrijstellingsmaatregelen van de Vlaamse overheid (vb. voor energiezuinige maatregelen, renovatie van verwaarloosde woningen,…).

Beheersmaatregel:

  • opvolgen van de evolutie van de jaarlijkse opbrengsten om positieve of negatieve tendensen te ontdekken.

Ontvangsten uit andere (eigen) belastingen
De tarieven en regels van onze eigen belastingen zijn grotendeels niet gewijzigd waardoor we de ontvangsten correct kunnen inschatten. De belastingen worden doorheen het belastingjaar ingekohierd. De opvolging van de te ontvangen belastingen is intensief maar loont. Vanaf 2024 wordt de gezinsbelasting in de 'algemene gemeentebelasting' afgeschaft. Dit zorgt voor een minontvangst van 260.000 euro.
Belastingreglementen moeten door de toezichthoudende overheid worden goedgekeurd. Gezien het gelijk houden van deze reglementen en ze in sé enkel te hernieuwen, verwachten we geen toezichtsmaatregelen.
Doorheen het jaar trachten we een zo correct mogelijke belastingaanslag te vestigen zodat we het aantal bezwaarprocedures kunnen beperken. Het aantal in te willigen bezwaardossiers is onder controle waardoor de geraamde en ingekohierde ontvangsten nauw aansluiten bij de gerealiseerde ontvangsten. We merken wel dat er meer bezwaren worden ingediend waardoor hier meer tijd aan besteed moet worden.

Beheersmaatregelen:

  • Steeds de meest actuele informatie verzamelen om zo correct en volledig als mogelijk in te kohieren.
  • Bij de (tussentijdse) vernieuwingen van de reglementen wordt rekening gehouden met informatie die volgt uit bezwaren en betwistingen uit het verleden.

Toepassing van retributiereglementen
Het lokaal bestuur Nazareth probeert de retributiereglementen zo helder als mogelijk op te stellen. Daar waar mogelijk en of nodig worden de tarieven, na delegatie door de gemeenteraad, vastgesteld door het uitvoerende orgaan. Sinds enkel jaren werken we met één algemeen retributiereglement. Dit zorgt voor een veel efficiëntere en transparantere werkwijze.

De reglementen dienen vanzelfsprekend correct toegepast te worden door alle medewerkers. Een correcte kennis van deze reglementen is belangrijk.

Beheersmaatregelen

  • Duidelijk overzicht behouden van alle retributiereglementen en de manier waarop deze toegepast worden.
  • Een zo efficiënt mogelijke betaalcyclus met, indien mogelijk, een onmiddellijke elektronische betaling.

Opvolgen inkomende subsidies
Het is belangrijk dat het recht op subsidies goed opgevolgd wordt zodat het bestuur haar eventuele trekkingsrechten niet verliest. De volgende jaren wensen we dit goed op te volgen zodat alle subsidies waarop het bestuur recht heeft ook effectief geïnd worden. Dit zijn middelen die onmiddellijk ten bate zijn van de gemeenschap.

Beheersmaatregelen

  • Afspraken maken rond het beheren en registreren van inkomende subsidies en de eraan verbonden uitgaven.
  • Per subsidie een subsidieverantwoordelijke aanduiden die alles opvolgt.

Beleid rond structureel onvermogende debiteuren
De debiteurenopvolging gebeurt stipt en periodiek waardoor de openstaande vorderingen onder controle zijn. Er wordt een uitgebreid traject afgelegd vooraleer we overgaan tot gerechtelijke invordering. Vanwege de eigenheid zijn de vorderingen van de cliënten sociale dienst moeilijker te vorderen. We moeten hieraan de nodige aandacht blijven besteden.

Beheersmaatregelen

  • Hernieuwen en evalueren van procedures rond debiteurenbeheer.
  • Tijdig en periodiek uitsturen van facturen.
  • Gebruik maken van moderne betaaltechnieken voor een directe afwikkeling van de transactie.

Kader uitwerken voor een actieve invorderingspolitiek in sociale dossiers om verjaring van vorderingen te vermijden.

Uitgaven
De uitgaven zijn onder controle maar we merken dat de exploitatieuitgaven elk jaar te hoog geraamd worden. Dit zorgt voor een niet volledige realisatie en een hypothekering van middelen. Immers, de middelen die (onterecht) ingeschreven worden als exploitatieuitgaven kunnen niet gebruikt worden om investeringen te financieren. Dit heeft tot gevolg dat we op te nemen leningen inschrijven in ons meerjarenplan terwijl dit, mits een correctere inschatting van exploitatieuitgaven, zou kunnen voor lagere bedragen. De werkingskosten (groep 60/61) in de exploitatieuitgaven staat onder hoge druk van de inflatie. Heel veel zaken die het lokaal bestuur afneemt worden gevoelig duurder. Met uitzondering van enkele specifieke budgetlijnen en contracten hebben we deze groep aan budgetten niet lineair verhoogd. We gaan ervan uit dat de jaarlijkse marge die we hadden op deze budgetten, voldoende moet zijn om de verschillende prijsstijgingen op te vangen. We zullen dit evalueren in de loop van 2023 en 2024.

Pensioenbijdrage statutaire ambtenaren en responsabiliserings-bijdrage
Een responsabiliseringsbijdrage is verschuldigd door de provinciale en lokale besturen waarvan de pensioenlast, voor hun gewezen vastbenoemde personeelsleden en/of hun rechthebbenden meer bedraagt dan de wettelijke basispensioenbijdragen die zij voor datzelfde jaar betaalt. Het verschil tussen beide (=deficit) wordt vermenigvuldigd met de responsabiliseringscoëfficiënt en het resultaat vormt het bedrag van de bruto responsabiliseringsbijdrage. De responsabiliseringscoëfficiënt is een (tijdelijke) korting die deficitaire besturen genieten op hun deficit. De responsabiliseringsbijdrage zorgt er met andere woorden voor dat de ene gemeente niet moet opdraaien voor de opgebouwde pensioenlast van de andere.

We houden in het Meerjarenplan rekening met de ontvangen simulaties betreffende de responsabiliseringsbijdrage. De bijdrage wordt voor 2023 herraamd op 101.618 euro, in 2024 bedraagt dit al 219.556 euro. Deze extra uitgave zullen we financieren met enerzijds eigen middelen uit ons Pensioenfonds en anderzijds met middelen van de Vlaamse Overheid. De tussenkomst in de responsabiliseringsbijdrage werd ingeschreven in het Vlaamse regeerakkoord. We werken ook verder aan een derde pensioenpijler voor onze contractuele personeelsleden door de percentages aan bijdragen die we storten structureel te verhogen. Door deze maatregel te implementeren komt er een korting op de responsabiliseringsbijdrage.

Beheersmaatregel:

  • Het blijven opvragen van simulaties met betrekking tot de responsabiliseringsbijdrage en de evolutie hiervan nauwgezet opvolgen.
  • Kennis verwerven met betrekking tot de tussenkomst van de Vlaamse Overheid inzake de responsabiliseringsbijdrage.

Betwistingen en rechtszaken
Inwoners en bedrijven vinden steeds vaker de weg naar juridische procedures om hun gelijk te halen in een dispuut waarin de lokale overheden betrokken zijn. Denken we maar aan geschillen met betrekking tot fiscaliteit, omgevingsvergunningen, overheidsopdrachten, de aansprakelijkheid als wegbeheerder, de rol als organisator van lokale evenementen enzovoort. Het is aangewezen om deze geschillen centraal op te volgen, en de mogelijke (negatieve) financiële impact tijdig en ernstig in te schatten. Indien nodig kan het gemeentebestuur financiële reserves aanleggen als er onzekerheid is wat betreft de goede afloop van een hangend geschil van een belangrijke omvang.

De hangende juridische geschillen zijn eerder beperkt en kaderen in dossiervorming van burgerzaken en omgevingsvergunningen. Het lokaal bestuur tracht zich zo goed als mogelijk in te dekken en vraagt steeds juridisch advies mocht er een juridisch geschil dreigen te ontstaan.

Beheersmaatregel:

  • Goed opvolgen van de lopende juridische geschillen
  • Reserves aanleggen voor geschillen met een groot risico
  • Onderzoek naar voldoende dekking voor onze aansprakelijkheid in de verschillende verzekeringspolissen.

Financiële linken met verbonden besturen
De belangrijkste werkingssubsidies betalen we aan de Politiezone,  de Hulpverleningszone en de Zorgband. De impact van het lokaal bestuur op deze begrotingen is laag. Via overleg tracht het lokaal bestuur wel te wegen op de te betalen dotaties. De uitgaven van deze besturen bestaan voornamelijk uit bezoldigingen en sociale lasten. De samendrukbare uitgaven zijn dus eerder aan de lage kant.

Een overzicht van de verbonden besturen vindt u in de documentatie. Er zijn momenteel geen verrassingen wat financiële tussenkomsten betreft bij deze besturen. Duidelijke afspraken moeten wel gemaakt worden met alle besturen zodat het lokaal bestuur wel impact heeft op haar tussenkomsten en niet louter dient als financierder. Daarom zijn zowel met de Politiezone, de Hulpverleningszone als de Zorgband afspraken gemaakt om de doorheen de jaren opgespaarde reserve terug te laten keren naar de gemeenten. Op die manier vragen we aan onze partners om minutieus te budgetteren en enkel de gelden op te vragen die nodig zijn voor hun werking. Door middel van overleg sturen we bij waar nodig en kunnen onze satellieten ook steeds kort op de bal spelen bij opportuniteiten.

Ook aan de besturen van de erediensten vragen we een zo correct mogelijke financiële planning zodat we de middelen daar waar nodig optimaal kunnen inzetten.

Beheersmaatregel:

  • Via professioneel overleg een goede en open communicatielijn opzetten met externe verbonden besturen zodat er geen financiële verrassingen komen.


Financiering
Schuldenlast beheren en onder controle houden
Het schuldsaldo op 31/12/2023 van het lokaal bestuur bedraagt 10,8 miljoen euro. Dit is 863 euro per inwoner van de gemeente. Tegenover deze schuld staat een actieve investeringspolitiek. De autofinancieringsmarge is meer dan voldoende om de netto-periodieke aflossingen van de schuld te dragen. Budgettair is er op 31/12/2023 een autofinancieringsmarge van  1,9 miljoen euro. De actieve leningen zijn quasi allen gefinancierd met vaste rentevoeten. Dit betekent dat het lokaal bestuur niet kan en heeft genoten van de dalende rentevoet. De lening die we afgesloten hebben in 2021 is aan een uitzonderlijk laag tarief. De leningen van 2023 hebben echter een vrije hoge rentevoet gezien de gestegen marktrentes. Een herfinanciering van de bestaande kredieten is niet opportuun gezien de hoge te betalen herfinancieringskosten aan de financiële instellingen. Door de voornamelijk vaste rentevoet is er geen renterisico.

Voor de investeringen in deze legislatuur (inclusief die van het Autonoom Gemeentebedrijf en de investeringssubsidies aan onze partners) zullen we voor 9,7 miljoen euro financieren met leningen. Er wordt gezocht naar een zo goedkoop mogelijke kost voor de op te nemen leningen. In het Meerjarenplan zijn de aflossingen van de nieuwe leningen berekend op twintig jaar aan een rente van 4,00%.  De rentevoet hebben we gevoelig doen stijgen gezien de huidige marktomstandigheden.

Uit berekening blijkt dat het schuldsaldo op het einde van het meerjarenplan, m.n. 31/12/2025, 14,2 miljoen euro zal bedragen (excl. de leasing van de openbare verlichting). Dit is in de veronderstelling dat alle investeringen volledig gerealiseerd zullen zijn en dat er geen overschotten zijn uit de verschillende jaarrekeningen. Ook op het einde van het meerjarenplan blijft de autofinancieringsmarge onder controle, we sluiten af met een AFM van bijna 1,1 miljoen euro in 2025. In dit schuldsaldo en voor de berekening van de schuldratio's houden we zowel rekening met de financiële schulden (bij banken) als de gespreide betaling (periode van 10 jaar) van de recreatiegronden. Het bedrag dat we moeten lenen is gevoelig gedaald gezien een aantal belangrijke projecten in de Gemeente en het Autonoom Gemeentebedrijf werden uitgesteld. De stijgende exploitatieuitgaven voor personeel en energie zetten de autofinancieringsmarge onder druk. Om ervoor te zorgen dat we alle financiële evenwichten konden respecteren werd het investeringsprogramma grondig geëvalueerd.

Omwille van de fusie zal er op 30/09/2024 een schuldovername plaatsvinden van 200 euro per inwoner. Dit betekent ongeveer 4,6 miljoen euro schulden die niet meer betaald zullen worden door de Gemeente Nazareth maar wel door de Vlaamse overheid. Hierdoor zakt het schuldsaldo op 31/12/2025 naar 9,6 miljoen euro.

Beheersmaatregel:

  • Oog hebben voor actieve schuldfinanciering en diversificatie van de kredietportefeuille.
  • Bij de opmaak van het MJP een goede inschatting maken van de op te nemen leningen en de eraan verbonden aflossingen en intresten.

De algemene schuldenlast onder controle houden door het bepalen van ratio’s en het bewaken van de autofinancieringsmarge.

Organisatiebeheersing
Fraude in betalingsverkeer
Besturen worden geconfronteerd met creatieve oplossingen met het oog op het uitvoeren van financiële transacties zodat deze terechtkomen bij een malafide begunstigde. In deze optiek zijn er beheersmaatregelen in het kader van het betalingsverkeer en het verwerken van inkomende facturen. De medewerkers zijn gevraagd voorzichtigheid te bieden in wijzigende gegevens van onze leveranciers.

Ook CFO-fraude (mailverkeer van algemeen of financieel directeur aan medewerkers om betalingen uit te voeren) is in opmars. Ook hier zijn de communicatielijnen in onze organisatie uiterst kort dat we deze frauduleuze praktijken steeds hebben kunnen opvangen.

Beheersmaatregel:

  • Duidelijke afspraken maken wie wat mag wijzigen van betaalgegevens en welke informatie op welke manier opgevraagd moet worden bij onze begunstigden.

Projectplanning in functie van beschikbare budgetten en liquide middelen
Een oud zeer in heel veel gemeentebesturen is de lage graad van de realisatie van het vooropgestelde investeringsprogramma. Uitvoeringsgraden lager dan 60% zijn geen uitzondering. Dit zorgt voor heel veel problemen, niet alleen inzake optimale projectplanning, maar eveneens kan dit leiden tot onrealistische budgettering en vooral inefficiënte financiering.

De BBC wil hiervan uitdrukkelijk afstappen en beoogt de financiering te sturen vanuit liquiditeitsnoden en niet langer vanuit de budgetten. Maar ook dit vereist binnen de besturen een degelijk projectmanagement, wat niet alleen een duidelijke en tijdsgebonden planning inhoudt, maar al evenzeer een realistisch en haalbaar investeringsprogramma. Nog te vaak worden vanuit politiek oogpunt projecten en investeringen in een bepaald jaar ingeschreven, terwijl vooraf goed geweten is dat deze niet haalbaar zijn. Hoeveel een stad/gemeente op jaarbasis kan investeren is immers zowel financieel als operationeel gelimiteerd.

Dergelijke wijze van budgettering belast de administratie onnodig. Enerzijds de uitvoerende diensten, die de druk en stress ervaren om het onhaalbare toch mogelijk te maken. Anderzijds de financiële dienst, die zijn thesaurieplanning en het aangaan van nieuwe leningen niet kan stoelen op betrouwbare cijfers en assumpties.

Beheersmaatregel:

  • Monitoringtool ontwikkelen om te komen tot realistische projectplanning.
  • Projectfiches gebruiken en laten valideren voor projecten met een belangrijke financiële impact.
  • Periodieke rapportering over de vooruitgang van projecten en budgetten.

Beschrijving grondslagen en assumpties

Terug naar navigatie - Beschrijving grondslagen en assumpties

In dit hoofdstuk geven we u informatie over de basisveronderstellingen die we gebruikt hebben bij de opmaak van dit meerjarenplan. We geven u inzicht in de groeivoeten van de verschillende budgetrubrieken. Ook hoe we alles financieren en de assumpties daaromtrent vind je hierna. Vanzelfsprekend worden bij elke meerjarenplanaanpassing alle budgetten grondig geëvalueerd en bijgestuurd.


In deze meerjarenplanaanpassing (versie 2024/0) werden alle budgetten door de verschillende diensten nagekeken en aangepast waar nodig. Aanpassingen die een invloed hebben op meerdere jaren werden in de verschillende jaren meegenomen. Zodoende werd het volledige meerjarenplan geactualiseerd.

Exploitatie

Exploitatie uitgaven

Soort Groei Informatie
Goederen en diensten (60/61) 0%
  • Gezien de voldoende grote buffer op de werkingsbudgetten en om deze niet onnodig te verhogen, werd een nulgroei opgenomen in het meerjarenplan. Er zal bij meerjarenplanaanpassing gewijzigd worden waar nodig.
    Dit uitgangspunt hebben we, zelfs in huidige tijden, aangehouden. Op enkele heel specifieke budgetlijnen en contracten hebben we een groei toegepast maar in het algemeen gaan we ervan uit dat onze jaarlijkse marge voldoende zou moeten zijn om de stijgende prijzen op te vangen. Dit zal van nabij geëvalueerd worden.
Personeel (62) 2%
  • Vertrekpunt is de personeelsbezetting 2023 en de geactualiseerde bezetting voor 2024 (incl. de vacatures). Op deze bezetting is een personeelsbudget gekoppeld die de basis vormt voor de volgende jaren.
  • Collega’s die op pensioen gaan worden 1 op 1 vervangen, aan dezelfde weddeschaal.
  • De bijdrage voor de tweede pensioenpijler bedraagt 3%.
  • de vele indexeringen in 2022 en 2023 hebben een grote impact op de personeelsuitgaven.
  • voor 2024 houden we rekening met de meest recente vooruitzichten van het Planbureau.
  • op de lonen van 2025 werd een index van 2% toegepast, die van 2026 zijn gelijk gebleven met 2025
Andere operationele uitgaven (640/7) 1%
  • Het betreffen vnl. door het bestuur te betalen belastingen.
Sociale steun (648 1%
  • Alle uitgaven voor de steun van de sociale dienst
Overdrachten (649)  
  • De werkingsdotaties voor de Politiezone, de Brandweerzone, IVM, de Zorgband en de Kerkfabrieken werden gebaseerd op hun meerjarenplannen en/of afsprakennota’s.
  • De prijssubsidies voor het AG Nazareth werden gebaseerd op het meerjarenplan van het AG.
  • De andere subsidies (reglementen en nominatief) kennen doorheen het meerjarenplan een nulgroei.
Financiële kosten (65)  
  • De kosten van leningen zijn enerzijds gebaseerd op de aflossingstabellen van de bestaande leningen en anderzijds op een nieuwe, sterk gestegen rentevoet, van 4,00%. Leningen zijn gesimuleerd op vaste kapitaalsaflossingen over 20 jaar.

Exploitatie ontvangsten

Soort Groei Informatie
Ontvangsten uit de werking (70) 1%
  • Een groei van 1% op alle ontvangsten uit de werking door een verwachte toename van het aantal te leveren diensten.
Fiscale ontvangsten (73)  
  • Aanvullende Personenbelasting: op basis van historische gegevens zien we een gemiddelde jaarlijkse groei van 3%. De ramingen, opgenomen in dit meerjarenplan, zijn volledig afkomstig van de FOD Financiën. Er is een herraming voor 2023, een initiële raming voor 2024 en een voorspelling voor 2025-2028. Deze ramingen zijn beduidend hoger dan eerder ingeschreven in dit meerjarenplan. We volgen op of de ramingen van de FOD Financiën realistisch zijn gezien het precaire karakter van het financieel evenwicht, met in het bijzonder de autofinancieringsmarge.
  • Opcentiemen onroerende voorheffing en opcentiemen verkeersbelasting: gebruik van de door Vlaanderen aangeleverde cijfers. In 2025 werd afgeweken van de simulaties gezien de vele ontwikkelingen en opleveringen in bedrijvenzone De Prijkels.
  • Algemene gemeentebelasting: minontvangst van 260.000 euro gezien de afschaffing van de gezinsbelasting
  • Andere belastingen: geen groei toegekend.
  • Een geactualiseerd overzicht van de fiscale opbrengsten vindt u in de documentatie.
Algemene werkingssubsidies (7401/4)  
  • Gemeentefonds basisdotatie + aanvullende: door Vlaanderen aangeleverde cijfers
  • Andere subsidies: op basis van de aangeleverde cijfers door de subsidiërende overheid, indien niet aanwezig werd een groei van 1% gerekend.
Specifieke werkingssubsidies (7405/7)  
  • In het algemeen een groei van 1%, op de subsidies van de BKO en het onderwijs werd een groei van 2% gerekend. Voor de werkingssubsidies van het onderwijs werd rekening gehouden met de gelijkschakeling van de financiering van een leerling lager onderwijs/kleuteronderwijs. Op het moment van budgetopmaak was er geen zicht in welke mate de werkingssubsidies gingen stijgen naar aanleiding van de inflatie.
Toelagen m.b.t. sociale dienst (7408) 1%
  • Algemene groei van 1%
Andere operationele ontvangsten (741/7)  
  • Algemeen 1%, tenzij personeelsgerelateerd: 2%
Recuperatie steun (748) 1%
  • Volgt uitgavenstroom
Financiële opbrengsten (75)  
  • Op basis van de aangeleverde informatie. De daling in de dividenden is te verantwoorden door de overdracht van de openbare verlichting aan Fluvius en de verleddingsoperatie. De afschrijving van de investeringen wordt van het dividend afgetrokken. Zie ook de financiële risico’s wat de dividenden betreft van de distributienetbeheerders.
  • Vanaf 2023 is er significante daling van de dividenden door de gewijzigde en door de VREG opgelegde tariefpolitiek aan de distributienetbeheerders. Dit zorgt voor lagere dividenden voor de lokale besturen. De Vlaamse overheid zorgt de eerste jaren voor compensaties maar dit daalt geleidelijk aan de volgende vier jaren.

 

Investeringen

Een gedetailleerde lijst van investeringen werd opgenomen. Deze lijst bevat per investering de ontvangsten/uitgaven per jaar. De lijst is gestructureerd per investeringsproject. Elk investeringsproject begint met IP en heeft ofwel een cijfercode indien gekoppeld aan een prioritair actieplan, ofwel een beschrijvende naam indien gekoppeld aan niet-prioritair beleid.

Voorbeeld:

  • IP-PD4-01: dit betreft het investeringsproject gekoppeld aan prioritair actieplan PD4-01, m.n. Kwaliteitsvolle opvang voor kinderen van alle leeftijden.
  • IP-BKO: dit betreffen alle investeringen met betrekking tot de BKO, gekoppeld aan niet-prioritair beleid, vb. onderhoud BKO gebouwen, spelmateriaal,…

 

Binnen elk investeringsproject is voor budgettaire opvolging en rapporteringsdoeleinden een investering gekoppeld aan een actie. Via de actie en het beleidsitem is het mogelijk meer informatie over de investering te bekomen. Detailinformatie over de betrokken investering vindt u tenslotte in de laatste kolom, net voor de cijfergegevens.

Bij de opmaak van deze meerjarenplanaanpassing (4 de kwartaal 2023) werden de transactiekredieten 2023van de investeringen geanalyseerd. De transactiekredieten van de investeringen die niet meer in 2023 worden uitgevoerd, zijn alvast verplaatst van 2023 naar 2024. Dit heeft geen invloed op de totale uitgave van een investeringsproject en werd niet meegenomen in de lijst met gewijzigde investeringen. Voor een overzicht van alle geraamde investeringen verwijzen we naar de investeringenlijst in het luik Documentatie.

 

Financiering

Financieringsuitgaven

De bestaande leningen werden ingeschreven op basis van de contractueel vastgelegde aflossingstabellen. In het kader van de fusie met De Pinte heeft de fusiegemeente recht op een fusiebonus onder de vorm van een schuldovername van bancaire leningen. Dit bedraagt 4,6 miljoen euro en komt tot uiting onder de vorm van verminderde kapitaalaflossingen en intresten. In dit meerjarenplan liggen de kapitaalaflossingen lager dan voorheen gezien deze schuldovername.

De kapitaalaflossingen van de nieuwe leningen zijn gesimuleerd op vaste kapitaalaflossingen met een terugbetaling over 20 jaar. De opname van een lening in jaar x kent een aflossing van 1/20 in jaar x+1.

De toegestane leningen aan het AG Nazareth zijn gelijk aan het investeringssaldo van dat betrokken jaar.

De terugbetaling van de lening aan de Volkshaard voor de aankoop van de recreatiegronden achter de sportsite (2 miljoen euro), loopt over 10 jaar.

Er zijn jaarlijkse kapitaalaflossingen voor de leasing van de openbare verlichting.

Financieringsontvangsten

De op te nemen leningen zijn, na grondige evaluatie van het investeringsprogramma, met 2,5 miljoen euro gedaald tot 9,7 miljoen euro.

De kapitaalaflossingen van het AG Nazareth aan de gemeente zijn op basis van het afschrijvingsritme van de onderliggende investeringen.

We ontvangen nog steeds een terugbetaling van een lening door Farys.

 

Resultaten

Gecumuleerd budgettair resultaat vorig boekjaar

Het vertrekpunt voor dit meerjarenplan is het beschikbaar budgettair resultaat van het vorige boekjaar, i.c. is dit het rekeningresultaat van 2022 en bedraagt 1.677.860 euro.

Beschikbaar budgettair resultaat

Op basis van voorgaande exploitatie-, investerings- en financieringsbudgetten komen we tot het beschikbare budgettaire resultaat. Dit resultaat is elk jaar ruim positief waardoor het de norm respecteert.

Autofinancieringsmarge

De autofinancieringsmarge toont aan in welke mate een bestuur in staat is zichzelf te financieren en welke middelen overblijven om eventueel nog extra te besteden aan leningsuitgaven. Het lokaal bestuur heeft, ook in deze moeilijke tijden,  nog steeds een positieve autofinancieringsmarge. Dit was enkel te realiseren door het leningssaldo te laten zaken en dus de investeringsuitgaven te evalueren.

Door het respecteren van ook deze norm is aan beide evenwichtsnormen voldaan.

De gecorrigeerde autofinancieringsmarge toont aan of een bestuur snel genoeg zijn leningen aflost. Een te trage terugbetaling van leningen hypothekeert immers volgende bestuursploegen. De correctie op de autofinancieringsmarge is elk jaar positiever dan de echte autofinancieringsmarge. Dit betekent dat het lokaal bestuur sneller zijn leningen terugbetaalt dan Vlaanderen verwacht. Ook de geconsolideerde gecorrigeerde autofinancieringsmarge (gemeente + AG) is ruimschoots positief. In de jaren 2025 en 2026 is de gecorrigeerde AFM lager dan de AFM. Dit heeft een technische reden doordat er lagere kapitaalaflossingen zijn (schuldovername ikv fusiebonus) maar dat in de berekeningen nog steeds rekening wordt gehouden met het volledige schuldsaldo.