Toelichting

Overzicht ontvangsten en uitgaven - functioneel (schema T1)

Terug naar navigatie - Overzicht ontvangsten en uitgaven - functioneel (schema T1)
2020 2021 2022 2023 2024 2025
Algemene financiering
Exploitatie
Uitgaven 280.885 269.093 249.493 275.906 277.129 271.750
Ontvangsten 13.876.064 13.992.290 14.328.424 15.406.556 15.725.289 16.141.709
Saldo 13.595.179 13.723.197 14.078.931 15.130.650 15.448.160 15.869.959
Investeringen
Uitgaven - 21.500 - - 30.000 -
Ontvangsten - - - - -
Saldo - -21.500 - - -30.000 -
Financiering
Uitgaven 1.097.500 1.984.341 2.781.901 2.928.936 2.645.173 1.951.536
Ontvangsten 1.596.948 2.471.455 6.039.455 3.611.455 3.174.455 1.179.455
Saldo 499.448 487.114 3.257.554 682.519 529.282 -772.081
Algemeen bestuur
Exploitatie
Uitgaven 4.092.899 4.476.747 4.702.050 4.757.739 4.940.130 5.042.335
Ontvangsten 226.818 418.868 427.300 425.917 469.572 500.438
Saldo -3.866.081 -4.057.879 -4.274.750 -4.331.822 -4.470.558 -4.541.897
Investeringen
Uitgaven 178.832 789.145 2.005.599 896.500 737.500 237.500
Ontvangsten 412 40.000 20.000 20.000 - -
Saldo -178.420 -749.145 -1.985.599 -876.500 -737.500 -237.500
Financiering
Uitgaven
Ontvangsten
Saldo - - - - - -
Veiligheid
Exploitatie
Uitgaven 1.522.625 1.488.209 1.933.000 1.954.175 1.973.885 2.004.811
Ontvangsten 18.336 20.550 20.601 20.652 20.704 20.756
Saldo -1.504.289 -1.467.659 -1.912.399 -1.933.523 -1.953.181 -1.984.055
Investeringen
Uitgaven 114.304 136.214 343.212 103.344 76.601 71.472
Ontvangsten - - - - - -
Saldo -114.304 -136.214 -343.212 -103.344 -76.601 -71.472
Financiering
Uitgaven
Ontvangsten
Saldo - - - - - -
Wegen en mobiliteit
Exploitatie
Uitgaven 910.171 1.174.420 1.134.816 1.091.238 1.056.847 1.079.609
Ontvangsten 99.549 73.122 72.275 76.288 80.273 84.231
Saldo -810.622 -1.101.298 -1.062.541 -1.014.950 -976.574 -995.378
Investeringen
Uitgaven 2.758.925 1.435.832 1.695.685 1.885.455 1.325.455 575.455
Ontvangsten 985.760 1.506.442 143.048 653.485 127.985 57.985
Saldo -1.773.165 70.610 -1.552.637 -1.231.970 -1.197.470 -517.470
Financiering
Uitgaven
Ontvangsten
Saldo - - - - - -
Wonen en werken
Exploitatie
Uitgaven 3.566.112 3.140.809 3.625.060 3.743.830 3.803.103 3.857.794
Ontvangsten 1.370.307 1.352.787 1.211.193 1.135.147 1.144.171 1.118.052
Saldo -2.195.805 -1.788.022 -2.413.867 -2.608.683 -2.658.932 -2.739.742
Investeringen
Uitgaven 2.377.220 4.415.333 432.000 207.000 207.000 217.000
Ontvangsten - 135.000 4.589 7.150 - -
Saldo -2.377.220 -4.280.333 -427.411 -199.850 -207.000 -217.000
Financiering
Uitgaven - 200.000 200.000 200.000 200.000 200.000
Ontvangsten 22.545 2.024.473 24.473 22.545 22.545 22.545
Saldo 22.545 1.824.473 -175.527 -177.455 -177.455 -177.455
Vrije tijd
Exploitatie
Uitgaven 1.828.522 2.076.936 2.001.975 2.143.210 2.234.771 2.259.318
Ontvangsten 51.536 81.909 87.462 88.297 89.141 89.994
Saldo -1.776.986 -1.995.027 -1.914.513 -2.054.913 -2.145.630 -2.169.324
Investeringen
Uitgaven 451.697 224.417 415.226 85.000 15.500 15.000
Ontvangsten - 50.000 5.750 - - -
Saldo -451.697 -174.417 -409.476 -85.000 -15.500 -15.000
Financiering
Uitgaven
Ontvangsten
Saldo - - - - - -
Leren en welzijn
Exploitatie
Uitgaven 4.958.898 5.471.375 5.620.780 5.654.252 5.727.850 5.782.088
Ontvangsten 4.115.993 4.053.768 4.101.916 4.148.299 4.196.266 4.244.876
Saldo -842.905 -1.417.607 -1.518.864 -1.505.953 -1.531.584 -1.537.212
Investeringen
Uitgaven 225.193 269.710 327.300 506.000 431.000 56.000
Ontvangsten - 10.000 65.000 - 750.000 -
Saldo -225.193 -259.710 -262.300 -506.000 319.000 -56.000
Financiering
Uitgaven
Ontvangsten
Saldo - - - - - -
Meerjarenplan 2022
Journaalvolgnummers: 76319
Gemeente Nazareth (0207.453.801) - Dorp 1, 9810 Nazareth
OCMW Nazareth (0212.201.356) - Zwanestraat 30, 9810 Nazareth
Andere gebruikte dossiers op dit rapport:

Overzicht ontvangsten en uitgaven - economisch (schema T2)

Terug naar navigatie - Overzicht ontvangsten en uitgaven - economisch (schema T2)
I. Exploitatie-uitgaven 2020 2021 2022 2023 2024 2025
A. Operationele uitgaven 16.928.816 17.885.717 19.073.979 19.405.328 19.798.881 20.089.705
1. Goederen en diensten 3.225.087 3.695.986 3.745.595 3.589.351 3.575.025 3.570.982
2. Bezoldigingen, sociale lasten en pensioenen 8.894.594 9.707.903 10.302.299 10.658.951 10.925.630 11.184.866
a. Politiek personeel 355.745 389.985 399.508 405.598 411.811 418.147
b. Vastbenoemd niet-onderwijzend personeel 1.914.742 1.958.693 1.880.841 1.947.614 2.067.919 2.178.101
c. Niet-vastbenoemd niet-onderwijzend personeel 4.091.591 4.479.081 5.070.468 5.317.889 5.424.249 5.532.737
d. Onderwijzend personeel ten laste van het bestuur 43.184 53.203 54.103 55.352 56.459 57.588
e. Onderwijzend personeel ten laste van andere overheden 2.111.235 2.424.000 2.448.240 2.472.722 2.497.449 2.522.423
f. Andere personeelskosten 288.290 316.111 358.216 367.034 373.146 379.381
g. Pensioenen 89.807 86.830 90.923 92.742 94.597 96.489
3. Individuele hulpverlening door het O.C.M.W. 522.055 537.901 531.871 533.858 535.868 537.898
4. Toegestane werkingssubsidies 4.271.080 3.931.687 4.481.923 4.610.825 4.749.962 4.783.509
- aan de eigen autonome gemeentebedrijven (AGB) 532.675 667.099 420.073 519.839 588.100 583.898
- aan welzijnsverenigingen 990.756 633.829 965.082 982.328 1.005.883 1.024.134
- aan andere OCMW-verenigingen 5.855 - - - - -
- aan de politiezone 1.100.837 1.039.905 1.453.379 1.455.162 1.459.478 1.463.490
- aan de hulpverleningszone 393.158 424.604 455.921 475.313 490.707 517.621
- aan intergemeentelijke samenwerkingsverbanden (IGS) 589.028 780.550 831.050 840.250 849.634 859.206
- aan besturen van de eredienst 15.000 20.000 41.358 22.773 20.000 20.000
- aan andere begunstigden 643.772 365.700 315.060 315.160 336.160 315.160
5. Andere operationele uitgaven 16.000 12.240 12.291 12.343 12.396 12.450
B. Financiële uitgaven 231.297 211.872 193.195 215.022 214.834 208.000
1. Rente, commissies en kosten verbonden aan schulden 230.365 210.372 191.945 213.772 213.584 206.750
- aan financiële instellingen 222.761 204.696 184.725 205.125 203.628 195.603
- aan andere entiteiten 7.604 5.676 7.220 8.647 9.956 11.147
2. Andere financiële uitgaven 932 1.500 1.250 1.250 1.250 1.250
C. Rechthebbenden uit het overschot van het boekjaar
17.160.112,91 18.097.589 19.267.174 19.620.350 20.013.715 20.297.705
II. Exploitatieontvangsten 2020 2021 2022 2023 2024 2025
A. Operationele ontvangsten 19.294.066 19.555.627 19.981.565 21.080.438 21.504.899 22.015.025
1. Ontvangsten uit de werking 929.832 1.108.058 1.145.715 1.153.881 1.163.534 1.173.279
2. Fiscale ontvangsten en boetes 10.418.683 10.493.360 10.572.048 11.468.544 11.674.593 11.970.736
a. Aanvullende belastingen 9.494.026 9.267.860 9.401.548 10.200.773 10.396.549 10.682.317
- Opcentiemen op de onroerende voorheffing 4.764.193 4.712.182 4.863.519 5.246.723 5.305.892 5.432.982
- Aanvullende belasting op de personenbelasting 4.512.897 4.326.948 4.304.461 4.704.930 4.846.078 4.991.460
- Andere aanvullende belastingen 216.936 228.731 233.568 249.120 244.579 257.875
b. Andere belastingen en boetes 924.657 1.225.500 1.170.500 1.267.771 1.278.044 1.288.419
3. Werkingssubsidies 7.298.743 7.243.152 7.557.032 7.740.323 7.893.225 8.054.247
a. Algemene werkingssubsidies 3.464.749 3.511.376 3.768.799 3.950.413 4.063.074 4.183.328
- Gemeentefonds 2.621.958 2.699.768 2.780.237 2.863.527 2.949.739 3.039.052
- andere algemene werkingssubsidies 842.791 811.608 988.562 1.086.886 1.113.335 1.144.276
* van de federale overheid 126 - - - - -
* van de Vlaamse overheid 842.665 811.608 988.562 1.086.886 1.113.335 1.144.276
* van de provincie - - - - - -
b. Specifieke werkingssubsidies 3.833.993 3.731.776 3.788.233 3.789.910 3.830.151 3.870.919
- van de federale overheid 746.640 679.918 661.997 664.904 667.840 670.806
- van de Vlaamse overheid 2.983.543 3.049.308 3.123.886 3.122.456 3.159.761 3.197.563
- van de provincie 4.000 1.500 1.300 1.500 1.500 1.500
- van andere entiteiten 99.810 1.050 1.050 1.050 1.050 1.050
4. Recuperatie individuele hulpverlening 61.395 65.862 66.201 66.542 66.889 67.239
5. Andere operationele ontvangsten 585.413 645.194 640.569 651.148 706.657 749.524
B. Financiële ontvangsten 464.537 437.667 267.604 220.718 220.518 185.031
19.758.602,75 19.993.294 20.249.169 21.301.156 21.725.417 22.200.056
III. Exploitatiesaldo 2020 2021 2022 2023 2024 2025
2.598.490 1.895.705 981.996 1.680.807 1.711.702 1.902.351
I. Investeringsuitgaven 2020 2021 2022 2023 2024 2025
A. Investeringen in financiële vaste activa 695.825 168.832 0 0 0 0
1. Extern verzelfstandigde agentschappen
2. Intergemeentelijke samenwerkingsverbanden en soortgelijke entiteiten 695.825 168.832 0 0 0 0
3. OCMW-verenigingen
4. Andere financiële vaste activa
B. Investeringen in materiële vaste activa 5.090.473 6.345.265 4.482.310 3.449.955 2.686.455 1.060.955
1. Gemeenschapsgoederen en bedrijfsmatige materiële vaste activa 5.090.473 6.345.265 4.482.310 3.449.955 2.686.455 1.060.955
a. Terreinen en gebouwen 2.785.342 4.318.875 2.429.099 1.365.000 1.165.000 290.000
b. Wegen en andere infrastructuur 620.669 1.096.645 1.279.606 1.625.000 1.190.000 415.000
c. Roerende goederen 280.706 650.290 510.550 185.500 100.500 126.500
d. Leasing en soortgelijke rechten 1.403.256 229.455 229.455 229.455 229.455 229.455
e. Erfgoed 500 50.000 33.600 45.000 1.500 0
2. Andere materiële vaste activa 0 0 0 0 0 0
a. Onroerende goederen
b. Roerende goederen
C. Investeringen in immateriële vaste activa 179.241 303.280 243.000 80.000 30.000 0
D. Toegestane investeringssubsidies 140.633 474.774 493.712 153.344 106.601 111.472
- aan welzijnsverenigingen 22.040 327.960 150.000 25.000 25.000 35.000
- aan de politiezone 77.364 51.601 239.828 52.355 25.000 25.000
- aan de hulpverleningszone 36.941 40.213 95.884 50.989 51.601 46.472
- aan besturen van de eredienst 4.289 35.000 5.000 25.000 5.000 5.000
- aan andere begunstigden 0 20.000 3.000 0 0 0
6.106.172 7.292.151 5.219.022 3.683.299 2.823.056 1.172.427
II. Investeringsontvangsten 2020 2021 2022 2023 2024 2025
A. Verkoop van financiële vaste activa 57.985 57.985 57.985 57.985 57.985 57.985
1. Extern verzelfstandigde agentschappen
2. Intergemeentelijke samenwerkingsverbanden en soortgelijke entiteiten 57.985 57.985 57.985 57.985 57.985 57.985
3. OCMW-verenigingen
4. Andere financiële vaste activa
B. Verkoop van materiële vaste activa 928.187 10.000 0 0 750.000 0
1. Gemeenschapsgoederen en bedrijfsmatige materiële vaste activa 928.187 10.000 0 0 750.000 0
a. Terreinen en gebouwen 750.000
b. Wegen en andere infrastructuur 927.775 10.000 0 0 0 0
c. Roerende goederen 412
d. Leasing en soortgelijke rechten
e. Erfgoed
2. Andere materiële vaste activa 0 0 0 0 0 0
a. Onroerende goederen
b. Roerende goederen
C. Verkoop van immateriële vaste activa 10.000 5.000
D. Investeringssubsidies en -schenkingen 0 1.663.457 175.402 622.650 70.000 0
- van de federale overheid
- van de Vlaamse overheid 266.710 169.652 622.650 70.000 0
- van de provincie 1.396.747 5.750 0 0 0
- van de gemeente
- van het OCMW
- van andere entiteiten
986.172,38 1.741.442 238.387 680.635 877.985 57985
III. Investeringssaldo 2020 2021 2022 2023 2024 2025
-5.119.999 -5.550.709 -4.980.635 -3.002.664 -1.945.071 -1.114.442
Saldo exploitatie en investeringen 2020 2021 2022 2023 2024 2025
-2.521.509 -3.655.004 -3.998.639 -1.321.857 -233.369 787.909
I. Financieringsuitgaven 2020 2021 2022 2023 2024 2025
A. Vereffening van financiële schulden 968.875 1.033.307 1.130.527 1.528.436 1.717.173 1.916.536
1. Periodieke aflossingen van opgenomen leningen en leasings 968.875 1.033.307 1.130.527 1.528.436 1.717.173 1.916.536
2. Niet-periodieke aflossingen van opgenomen leningen en leasings
B. Vereffening van niet-financiële schulden 200.000 200.000 200.000 200.000 200.000
C. Toegestane leningen en betalingsuitstel 128.625 951.034 1.651.374 1.400.500 928.000 35.000
1. Toegestane leningen 128.625 951.034 1.651.374 1.400.500 928.000 35.000
- aan autonome provinciebedrijven (APB)
- aan autonome gemeentebedrijven (AGB) 128.625 951.034 1.651.374 1.400.500 928.000 35.000
- aan welzijnsverenigingen
- aan andere OCMW-verenigingen
- aan de politiezone
- aan de hulpverleningszone
- aan intergemeentelijke samenwerkingsverbanden (IGS) 0 0 0 0 0 0
- aan besturen van de eredienst
- aan niet-confessionele levensbeschouwelijke gemeenschappen
- aan andere begunstigden
2. Toegestaan betalingsuitstel
D. Vooruitbetalingen
E. Kapitaalsverminderingen
1.097.499,89 2.184.341 2.981.901 3.128.936 2.845.173 2.151.536
II. Financieringsontvangsten 2020 2021 2022 2023 2024 2025
A. Aangaan van financiële schulden 1.403.256 2.229.455 5.729.455 3.229.455 2.729.455 729.455
- opname van leningen en leasings bij financiële instellingen 0 2.000.000 5.500.000 3.000.000 2.500.000 500.000
- opname van leningen en leasings bij andere entiteiten 1.403.256 229.455 229.455 229.455 229.455 229.455
B. Aangaan van niet-financiële schulden 2.000.000
C. Vereffening van toegestane leningen en betalingsuitstel 216.237 266.473 334.473 404.545 467.545 472.545
1. Terugvordering van toegestane leningen 216.237 266.473 334.473 404.545 467.545 472.545
a. Periodieke terugvorderingen 216.237 266.473 334.473 404.545 467.545 472.545
b. Niet-periodieke terugvorderingen
2. Vereffening van betalingsuitstel
D. Vereffening van vooruitbetalingen
E. Kapitaalvermeerderingen
F. Bijdragen en schenkingen niet gekoppeld aan operationale
1.619.493,17 4.495.928 6.063.928 3.634.000 3.197.000 1.202.000
III. Financieringssaldo 2020 2021 2022 2023 2024 2025
521.993 2.311.587 3.082.027 505.064 351.827 -949.536
Budgettair resultaat van het boekjaar 2020 2021 2022 2023 2024 2025
-1.999.516 -1.343.417 -916.612 -816.793 118.458 -161.627
Meerjarenplan 2022
Journaalvolgnummers: 76319
Gemeente Nazareth (0207.453.801) - Dorp 1, 9810 Nazareth
OCMW Nazareth (0212.201.356) - Zwanestraat 30, 9810 Nazareth
Andere gebruikte dossiers op dit rapport:

Investeringsprojecten (schema T3)

Terug naar navigatie - Investeringsprojecten (schema T3)
PRIO IP-PA1-02: Investeren in de lokale handel Reeds gerealiseerd Nog te realiseren Totaal
PA1-02: De lokale handel stimuleren vóór MJP in MJP vóór MJP in MJP na MJP
I. UITGAVEN 16.771 44.000 60.771
A. Investeringen in financiële vaste activa
B. Investeringen in materiële vaste activa 16.771 30.000 46.771
1. Gemeenschapsgoederen en bedrijfsmatige materiële vaste activa 16.771 30.000 46.771
c. Roerende goederen 16.771 30.000 46.771
C. Investeringen in immateriële vaste activa 14.000 14.000
D. Toegestane investeringssubsidies
PRIO IP-PA2-01: Investeren in de open ruimte Reeds gerealiseerd Nog te realiseren Totaal
PA2-01: De open ruimte behouden vóór MJP in MJP vóór MJP in MJP na MJP
I. UITGAVEN 115.893 2.115.794 2.231.687
B. Investeringen in materiële vaste activa 2.000.000 2.000.000
1. Gemeenschapsgoederen en bedrijfsmatige materiële vaste activa 2.000.000 2.000.000
a. Terreinen en gebouwen 2.000.000 2.000.000
C. Investeringen in immateriële vaste activa 115.893 115.794 231.687
PRIO IP-PA2-02: Investeren in een toegankelijk groenblauw netwerk Reeds gerealiseerd Nog te realiseren Totaal
PA2-02: Het creëren van een toegankelijk groenblauw netwerk vóór MJP in MJP vóór MJP in MJP na MJP
I. UITGAVEN 800.120 1.328.921 2.129.041
B. Investeringen in materiële vaste activa 796.645 1.278.921 2.075.566
1. Gemeenschapsgoederen en bedrijfsmatige materiële vaste activa 796.645 1.278.921 2.075.566
a. Terreinen en gebouwen 792.171 916.545 1.708.716
b. Wegen en andere infrastructuur 4.474 362.376 366.850
C. Investeringen in immateriële vaste activa 3.475 50.000 53.475
II. ONTVANGSTEN 150.750 150.750
B. Verkoop van materiële vaste activa 10.000 10.000
1. Gemeenschapsgoederen en bedrijfsmatige materiële vaste activa 10.000 10.000
b. Wegen en andere infrastructuur 10.000 10.000
D. Investeringssubsidies en -schenkingen 140.750 140.750
PRIO IP-PB1-01: Investeren in het voorrang geven aan voetgangers en fietsers Reeds gerealiseerd Nog te realiseren Totaal
PB1-01: Voorrang geven aan voetgangers en fietsers vóór MJP in MJP vóór MJP in MJP na MJP
I. UITGAVEN 28.290 1.265.096 1.293.386
B. Investeringen in materiële vaste activa 14.636 1.195.096 1.209.732
1. Gemeenschapsgoederen en bedrijfsmatige materiële vaste activa 14.636 1.195.096 1.209.732
a. Terreinen en gebouwen
b. Wegen en andere infrastructuur 14.636 1.192.096 1.206.732
c. Roerende goederen 3.000 3.000
C. Investeringen in immateriële vaste activa 13.654 70.000 83.654
II. ONTVANGSTEN 3.832 232.878 236.710
D. Investeringssubsidies en -schenkingen 3.832 232.878 236.710
PRIO IP-PB2-01: Investeren in gedeelde mobiliteit Reeds gerealiseerd Nog te realiseren Totaal
PB2-01: Gedeelde mobiliteit faciliteren vóór MJP in MJP vóór MJP in MJP na MJP
I. UITGAVEN 23.000 23.000
B. Investeringen in materiële vaste activa 23.000 23.000
1. Gemeenschapsgoederen en bedrijfsmatige materiële vaste activa 23.000 23.000
c. Roerende goederen 23.000 23.000
II. ONTVANGSTEN 17.563 17.563
D. Investeringssubsidies en -schenkingen 17.563 17.563
PRIO IP-PB2-02: Investeren in het vernieuwen van wegen Reeds gerealiseerd Nog te realiseren Totaal
PB2-02: De weginfrastructuur vernieuwen vóór MJP in MJP vóór MJP in MJP na MJP
I. UITGAVEN 375.774 2.399.347 2.775.121
B. Investeringen in materiële vaste activa 345.445 2.306.375 2.651.820
1. Gemeenschapsgoederen en bedrijfsmatige materiële vaste activa 345.445 2.306.375 2.651.820
b. Wegen en andere infrastructuur 345.445 2.306.375 2.651.820
C. Investeringen in immateriële vaste activa 30.329 92.972 123.301
II. ONTVANGSTEN 1.904.747 1.904.747
D. Investeringssubsidies en -schenkingen 1.904.747 1.904.747
PRIO IP-PB2-03: Investeren in een slimme en veilige weginrichting Reeds gerealiseerd Nog te realiseren Totaal
PB2-03: Focus op een slimme en veilige weginrichting vóór MJP in MJP vóór MJP in MJP na MJP
I. UITGAVEN 56.760 56.760
C. Investeringen in immateriële vaste activa 56.760 56.760
II. ONTVANGSTEN 30.000 30.000
D. Investeringssubsidies en -schenkingen 30.000 30.000
PRIO IP-PC1-01: Investeren in het voorkomen van afval Reeds gerealiseerd Nog te realiseren Totaal
PC1-01: Afval voorkomen vóór MJP in MJP vóór MJP in MJP na MJP
I. UITGAVEN 1.983 4.917 6.900
B. Investeringen in materiële vaste activa 1.983 4.917 6.900
1. Gemeenschapsgoederen en bedrijfsmatige materiële vaste activa 1.983 4.917 6.900
c. Roerende goederen 1.983 4.917 6.900
PRIO IP-PC1-02: Investeren in afval sorteren Reeds gerealiseerd Nog te realiseren Totaal
PC1-02: Afval op de juiste plaats vóór MJP in MJP vóór MJP in MJP na MJP
I. UITGAVEN 4.656 35.001 39.657
B. Investeringen in materiële vaste activa 4.656 35.001 39.657
1. Gemeenschapsgoederen en bedrijfsmatige materiële vaste activa 4.656 35.001 39.657
c. Roerende goederen 4.656 35.001 39.657
II. ONTVANGSTEN 11.739 11.739
D. Investeringssubsidies en -schenkingen 11.739 11.739
PRIO IP-PC2-01: Investeren in ontharding Reeds gerealiseerd Nog te realiseren Totaal
PC2-01: De grond ontharden vóór MJP in MJP vóór MJP in MJP na MJP
I. UITGAVEN 145.000 145.000
B. Investeringen in materiële vaste activa 145.000 145.000
1. Gemeenschapsgoederen en bedrijfsmatige materiële vaste activa 145.000 145.000
a. Terreinen en gebouwen 145.000 145.000
PRIO IP-PD1-01: Investeren in functionele, eigentijdse en duurzame infrastructuur Reeds gerealiseerd Nog te realiseren Totaal
PD1-01: Zorgen voor functioneel gespecialiseerde, eigentijdse en duurzame infrastructuur vóór MJP in MJP vóór MJP in MJP na MJP
I. UITGAVEN 9.898 164.602 174.500
B. Investeringen in materiële vaste activa 9.898 164.602 174.500
1. Gemeenschapsgoederen en bedrijfsmatige materiële vaste activa 9.898 164.602 174.500
a. Terreinen en gebouwen 9.898 162.102 172.000
c. Roerende goederen 2.500 2.500
II. ONTVANGSTEN 50.000 50.000
D. Investeringssubsidies en -schenkingen 50.000 50.000
PRIO IP-PD1-02: Investeren in informele en toegankelijke ontmoetingsplaatsen Reeds gerealiseerd Nog te realiseren Totaal
PD1-02: Informele en toegankelijke ontmoeting tussen mensen mogelijk maken vóór MJP in MJP vóór MJP in MJP na MJP
I. UITGAVEN 398.290 306.250 704.540
B. Investeringen in materiële vaste activa 398.290 296.250 694.540
1. Gemeenschapsgoederen en bedrijfsmatige materiële vaste activa 398.290 296.250 694.540
a. Terreinen en gebouwen 398.290 176.250 574.540
b. Wegen en andere infrastructuur 100.000 100.000
e. Erfgoed 20.000 20.000
D. Toegestane investeringssubsidies 10.000 10.000
PRIO IP-PD2-01: Investeren in het lokaal erfgoed Reeds gerealiseerd Nog te realiseren Totaal
PD2-01: Bestendigen en structureel verankeren van het lokaal erfgoed vóór MJP in MJP vóór MJP in MJP na MJP
I. UITGAVEN 12.401 259.100 271.501
B. Investeringen in materiële vaste activa 12.401 259.100 271.501
1. Gemeenschapsgoederen en bedrijfsmatige materiële vaste activa 12.401 259.100 271.501
b. Wegen en andere infrastructuur 9.475 220.000 229.475
c. Roerende goederen 2.926 32.000 34.926
e. Erfgoed 7.100 7.100
PRIO IP-PD2-03: Investeren in een complementair en toegankelijk vrijetijdsaanbod Reeds gerealiseerd Nog te realiseren Totaal
PD2-03: Het uitbouwen van een complementair en toegankelijk vrijetijdsaanbod vóór MJP in MJP vóór MJP in MJP na MJP
I. UITGAVEN 500 3.000 3.500
B. Investeringen in materiële vaste activa 500 3.000 3.500
1. Gemeenschapsgoederen en bedrijfsmatige materiële vaste activa 500 3.000 3.500
e. Erfgoed 500 3.000 3.500
PRIO IP-PD3-03: Investeren in Wel-zijn in Nazareth Reeds gerealiseerd Nog te realiseren Totaal
PD3-03: Wel-zijn in Nazareth vóór MJP in MJP vóór MJP in MJP na MJP
I. UITGAVEN 6.109 435.000 441.109
B. Investeringen in materiële vaste activa 6.109 6.109
1. Gemeenschapsgoederen en bedrijfsmatige materiële vaste activa 6.109 6.109
a. Terreinen en gebouwen 6.109 6.109
D. Toegestane investeringssubsidies 435.000 435.000
PRIO IP-PD3-05: Investeren in samenwerkingsverbanden Reeds gerealiseerd Nog te realiseren Totaal
PD3-03: Meer realiseren door samen te werken met partners vóór MJP in MJP vóór MJP in MJP na MJP
I. UITGAVEN 3.000 3.000
D. Toegestane investeringssubsidies 3.000 3.000
PRIO IP-PD4-01: Investeren in kwaliteitsvolle opvang voor kinderen van alle leeftijden Reeds gerealiseerd Nog te realiseren Totaal
PD4-01: Kwaliteitsvolle opvang voor kinderen van alle leeftijden vóór MJP in MJP vóór MJP in MJP na MJP
I. UITGAVEN 805.000 805.000
B. Investeringen in materiële vaste activa 775.000 775.000
1. Gemeenschapsgoederen en bedrijfsmatige materiële vaste activa 775.000 775.000
a. Terreinen en gebouwen 775.000 775.000
C. Investeringen in immateriële vaste activa 30.000 30.000
II. ONTVANGSTEN 765.000 765.000
B. Verkoop van materiële vaste activa 750.000 750.000
1. Gemeenschapsgoederen en bedrijfsmatige materiële vaste activa 750.000 750.000
a. Terreinen en gebouwen 750.000 750.000
C. Verkoop van immateriële vaste activa 15.000 15.000
PRIO IP-PD4-02: Investeren in een toekomstgerichte visie op onderwijs Reeds gerealiseerd Nog te realiseren Totaal
PD4-02: Een toekomst gerichte visie op onderwijs dat kinderen stimuleert, enthousiasmeert en ontwikkelt vóór MJP in MJP vóór MJP in MJP na MJP
I. UITGAVEN 8.530 100.000 108.530
B. Investeringen in materiële vaste activa 8.530 8.530
1. Gemeenschapsgoederen en bedrijfsmatige materiële vaste activa 8.530 8.530
c. Roerende goederen 8.530 8.530
C. Investeringen in immateriële vaste activa 100.000 100.000
PRIO IP-PE3-01: Investeren in een nieuw dienstverleningsmodel Reeds gerealiseerd Nog te realiseren Totaal
PE3-01: Ontwikkelen en implementeren van een nieuw dienstverleningsmodel: op maat en voor iedereen vóór MJP in MJP vóór MJP in MJP na MJP
I. UITGAVEN 6.855 1.578.145 1.585.000
B. Investeringen in materiële vaste activa 1.500.000 1.500.000
1. Gemeenschapsgoederen en bedrijfsmatige materiële vaste activa 1.500.000 1.500.000
a. Terreinen en gebouwen 1.500.000 1.500.000
C. Investeringen in immateriële vaste activa 6.855 78.145 85.000
PRIO IP-PE3-02: Investeren in een papierloze en cashloze organisatie Reeds gerealiseerd Nog te realiseren Totaal
PE3-02: Tegen 2025 is Nazareth een papierloze en cashloze organisatie vóór MJP in MJP vóór MJP in MJP na MJP
I. UITGAVEN 6.645 33.355 40.000
B. Investeringen in materiële vaste activa 6.645 33.355 40.000
1. Gemeenschapsgoederen en bedrijfsmatige materiële vaste activa 6.645 33.355 40.000
c. Roerende goederen 6.645 33.355 40.000
Meerjarenplan 2022
Journaalvolgnummers: 76319
Gemeente Nazareth (0207.453.801) - Dorp 1, 9810 Nazareth
OCMW Nazareth (0212.201.356) - Zwanestraat 30, 9810 Nazareth
Andere gebruikte dossiers op dit rapport:
Nog te realiseren in MJP:
MJP_HERZIENING_3_BEGINKREDIET_2022 2021: Budg. 76319
Reeds gerealiseerd in MJP:
JR_ORIGINEEL_2020 2020: Budg. 696825 Alg. 38874
Q_ORIGINEEL_2021_Q1 2021: Budg. 620489 Alg. 11064

Evolutie financiële schulden (schema T4)

Terug naar navigatie - Evolutie financiële schulden (schema T4)
Financiële schulden op 31 december 2020 2021 2022 2023 2024 2025
A. Financiële schulden op lange termijn 8.944.341 10.043.269 14.244.288 15.756.570 16.569.489 15.382.758
1. Financiële schulden op 1 januari 8.726.973 8.944.341 10.043.269 14.244.288 15.756.570 16.569.489
2. Nieuwe leningen 1.403.256 2.229.455 5.729.455 3.229.455 2.729.455 729.455
3. Aflossingen
4. Overboekingen -1.185.888 -1.130.527 -1.528.436 -1.717.173 -1.916.536 -1.916.186
5. Andere mutaties
B. Financiële schulden op lange termijn die binnen het jaar vervallen 1.064.160 1.161.380 1.559.289 1.748.026 1.947.389 1.947.039
1. Financiële schulden op 1 januari 847.147 1.064.160 1.161.380 1.559.289 1.748.026 1.947.389
2. Aflossingen -968.875 -1.033.307 -1.130.527 -1.528.436 -1.717.173 -1.916.536
3. Overboekingen 1.185.888 1.130.527 1.528.436 1.717.173 1.916.536 1.916.186
4. Andere mutaties
C. Financiële schulden op korte termijn
Totaal financiële schulden 10.008.501 11.204.649 15.803.577 17.504.596 18.516.878 17.329.797
Meerjarenplan 2022
Journaalvolgnummers: 76319
Gemeente Nazareth (0207.453.801) - Dorp 1, 9810 Nazareth
OCMW Nazareth (0212.201.356) - Zwanestraat 30, 9810 Nazareth
Andere gebruikte dossiers op dit rapport:
MJP_HERZIENING_3_BEGINKREDIET_2022 2021: Budg. 76319
JR_ORIGINEEL_2020 2020: Budg. 696825 Alg. 38874

Financiële risico's

Terug naar navigatie - Financiële risico's

In dit document geven we je een niet-limitatief overzicht van de potentiële risico’s met een financiële impact op het bestuur. Deze toelichting kadert in artikel 177, 259 en 261 van het decreet lokaal bestuur en 3.5 van de omzendbrief KB/ABB/2019/4.

Het team Financiën heeft de ambitie om alle onderstaande risico’s met financiële impact structureel op te volgen en te remediëren waar nodig. Op basis van structurele rapportering aan het managementteam, het college en de raad zal een structurele en transparante informatiestroom ontstaan waarop beslissingen kunnen genomen worden.


Ontvangsten
Ontvangsten uit de aanvullende personenbelasting
De ontvangsten uit de aanvullende personenbelasting zijn voor Nazareth, net voor alle andere gemeenten, een belangrijke ontvangstenbron. In 2022 bedraagt de raming 4,3 miljoen euro, d.i. 21,2% van onze exploitatieontvangsten. Op basis van onze voorspellingen in het Meerjarenplan zal dit ongeveer hetzelfde aandeel behouden in 2025. We behouden ons tarief de volgende jaren op 6,9%. We hebben, gezien het percentage op onze exploitatieontvangsten, een correcte afhankelijkheidsgraad. Er zijn voldoende andere ontvangstenbronnen waarop we ons kunnen baseren mocht er een sterke daling komen uit de ontvangsten van de aanvullende personenbelasting. Op het moment van het afsluiten van deze Meerjarenplanaanpassing hadden we nog geen zicht op de simulatieramingen voor de volgende jaren, m.n. 2023-2025.
Voorlopig zijn er nog onvoldoende elementen die ons wijzen op een daling van deze ontvangsten. Enerzijds kunnen we rekening houden met een groeiafname door de vergrijzing van de bevolking en dus een lagere belastbare basis, anderzijds is de populariteit van Nazareth als woongemeente in de regio Gent een voordeel door de aantrek van tweeverdieners. We houden in ons Meerjarenplan rekening met eenzelfde groei als in het verleden.

Maatregelen van de hogere overheden hebben een impact op onze ontvangsten. Het mogelijks afschaffen van de belastingschaal van 30% of eerdere maatregelen zoals de tax-shift zorgen voor lagere inkomsten voor de gemeente. Het is moeilijk te berekenen wat de netto-impact voor onze gemeente zou zijn mocht de tax-shift niet hebben plaatsgevonden.

Beheersmaatregel:

  • het maandelijks (vooruitgang van de inkohiering) en jaarlijks (evolutie van de opbrengsten) opvolgen van deze ontvangst zal ons tijdig zicht geven op de evolutie op zowel korte als lange termijn.

Ontvangsten uit de opcentiemen op de onroerende voorheffing
Deze ontvangsten zijn voor 2022 geraamd op 4,86 miljoen euro, d.i. 24% van de totale exploitatieontvangsten. We behouden het tarief voor de volgende jaren op 787 opcentiemen. De kadastrale inkomens, de basis voor de belastingaanslag, zijn een zeer stabiel gegeven waardoor we deze ontvangsten vrij stabiel kunnen noemen. We houden in het Meerjarenplan rekening met een hogere groei van deze ontvangsten door de uitbreiding van de bedrijvenzone ‘de Prijkels’.

De belasting kan negatief beïnvloed worden door vrijstellingsmaatregelen van de Vlaamse overheid (vb. voor energiezuinige maatregelen, renovatie van verwaarloosde woningen,…).

Beheersmaatregel:

  • opvolgen van de evolutie van de jaarlijkse opbrengsten om positieve of negatieve tendensen te ontdekken.

Ontvangsten uit andere (eigen) belastingen
De tarieven en regels van onze eigen belastingen zijn grotendeels niet gewijzigd waardoor we de ontvangsten correct kunnen inschatten. De belastingen worden doorheen het belastingjaar ingekohierd. De opvolging van de te ontvangen belastingen is intensief maar loont.
Belastingreglementen moeten door de toezichthoudende overheid worden goedgekeurd. Gezien het gelijk houden van deze reglementen en ze in sé enkel te hernieuwen, verwachten we geen toezichtsmaatregelen.
Doorheen het jaar trachten we een zo correct mogelijke belastingaanslag te vestigen zodat we het aantal bezwaarprocedures kunnen beperken. Het aantal in te willigen bezwaardossiers is onder controle waardoor de geraamde en ingekohierde ontvangsten nauw aansluiten bij de gerealiseerde ontvangsten. We merken wel dat er meer bezwaren worden ingediend waardoor hier meer tijd aan besteed moet worden.

Beheersmaatregelen:

  • Steeds de meest actuele informatie verzamelen om zo correct en volledig als mogelijk in te kohieren.
  • Bij de (tussentijdse) vernieuwingen van de reglementen wordt rekening gehouden met informatie die volgt uit bezwaren en betwistingen uit het verleden.

Toepassing van retributiereglementen
Het lokaal bestuur Nazareth probeert de retributiereglementen zo helder als mogelijk op te stellen. Daar waar mogelijk en of nodig worden de tarieven, na delegatie door de gemeenteraad, vastgesteld door het uitvoerende orgaan.

De reglementen dienen vanzelfsprekend correct toegepast te worden door alle medewerkers. Een correcte kennis van deze reglementen is belangrijk.

Beheersmaatregelen

  • Duidelijk overzicht behouden van alle retributiereglementen en de manier waarop deze toegepast worden.
  • Een zo efficiënt mogelijke betaalcyclus met, indien mogelijk, een onmiddellijke elektronische betaling.

Opvolgen inkomende subsidies
Het is belangrijk dat het recht op subsidies goed opgevolgd wordt zodat het bestuur haar eventuele trekkingsrechten niet verliest. De volgende jaren wensen we dit goed op te volgen zodat alle subsidies waarop het bestuur recht heeft ook effectief geïnd worden. Dit zijn middelen die onmiddellijk ten bate zijn van de gemeenschap.

Beheersmaatregelen

  • Afspraken maken rond het beheren en registreren van inkomende subsidies en de eraan verbonden uitgaven.
  • Per subsidie een subsidieverantwoordelijke aanduiden die alles opvolgt.

Beleid rond structureel onvermogende debiteuren
De debiteurenopvolging gebeurt stipt en periodiek waardoor de openstaande vorderingen onder controle zijn. Er wordt een uitgebreid traject afgelegd vooraleer we overgaan tot gerechtelijke invordering. Vanwege de eigenheid zijn de vorderingen van de cliënten sociale dienst moeilijker te vorderen. We moeten hieraan de nodige aandacht blijven besteden.

Beheersmaatregelen

  • Hernieuwen en evalueren van procedures rond debiteurenbeheer.
  • Tijdig en periodiek uitsturen van facturen.
  • Gebruik maken van moderne betaaltechnieken voor een directe afwikkeling van de transactie.

Kader uitwerken voor een actieve invorderingspolitiek in sociale dossiers om verjaring van vorderingen te vermijden.

Uitgaven
De uitgaven zijn onder controle maar we merken dat de exploitatieuitgaven elk jaar te hoog geraamd worden. Dit zorgt voor een niet volledige realisatie en een hypothekering van middelen. Immers, de middelen die (onterecht) ingeschreven worden als exploitatieuitgaven kunnen niet gebruikt worden om investeringen te financieren. Dit heeft tot gevolg dat we op te nemen leningen inschrijven in ons meerjarenplan terwijl dit, mits een correctere inschatting van exploitatieuitgaven, zou kunnen voor lagere bedragen. In 2021 merkten we in het derde kwartaal dat de realisatiegraad van de exploitatieuitgaven toegenomen was. Op het moment van de jaarrekening zullen we dit opnieuw kunnen evalueren.

Pensioenbijdrage statutaire ambtenaren en responsabiliserings-bijdrage
Een responsabiliseringsbijdrage is verschuldigd door de provinciale en lokale besturen waarvan de pensioenlast, voor hun gewezen vastbenoemde personeelsleden en/of hun rechthebbenden meer bedraagt dan de wettelijke basispensioenbijdragen die zij voor datzelfde jaar betaalt. Het verschil tussen beide (=deficit) wordt vermenigvuldigd met de responsabiliseringscoëfficiënt en het resultaat vormt het bedrag van de bruto responsabiliseringsbijdrage. De responsabiliseringscoëfficiënt is een (tijdelijke) korting die deficitaire besturen genieten op hun deficit. De responsabiliseringsbijdrage zorgt er met andere woorden voor dat de ene gemeente niet moet opdraaien voor de opgebouwde pensioenlast van de andere.

We houden in het Meerjarenplan rekening met de ontvangen simulaties betreffende de responsabiliseringsbijdrage. De bijdrage wordt voor 2020 geraamd op 49.013 euro, in 2024 bedraagt dit al 264.383 euro. Deze extra uitgave zullen we financieren met enerzijds eigen middelen uit ons Pensioenfonds en anderzijds met middelen van de Vlaamse Overheid. De tussenkomst in de responsabiliseringsbijdrage werd ingeschreven in het Vlaamse regeerakkoord. We werken ook verder aan een derde pensioenpijler voor onze contractuele personeelsleden door de percentages aan bijdragen die we storten structureel te verhogen. Door deze maatregel te implementeren komt er een korting op de responsabiliseringsbijdrage.

Beheersmaatregel:

  • Het blijven opvragen van simulaties met betrekking tot de responsabiliseringsbijdrage en de evolutie hiervan nauwgezet opvolgen.
  • Kennis verwerven met betrekking tot de tussenkomst van de Vlaamse Overheid inzake de responsabiliseringsbijdrage.

Betwistingen en rechtszaken
Inwoners en bedrijven vinden steeds vaker de weg naar juridische procedures om hun gelijk te halen in een dispuut waarin de lokale overheden betrokken zijn. Denken we maar aan geschillen met betrekking tot fiscaliteit, omgevingsvergunningen, overheidsopdrachten, de aansprakelijkheid als wegbeheerder, de rol als organisator van lokale evenementen enzovoort. Het is aangewezen om deze geschillen centraal op te volgen, en de mogelijke (negatieve) financiële impact tijdig en ernstig in te schatten. Indien nodig kan het gemeentebestuur financiële reserves aanleggen als er onzekerheid is wat betreft de goede afloop van een hangend geschil van een belangrijke omvang.

De hangende juridische geschillen zijn eerder beperkt en kaderen in dossiervorming van burgerzaken en omgevingsvergunningen. Het lokaal bestuur tracht zich zo goed als mogelijk in te dekken en vraagt steeds juridisch advies mocht er een juridisch geschil dreigen te ontstaan.

Beheersmaatregel:

  • Goed opvolgen van de lopende juridische geschillen
  • Reserves aanleggen voor geschillen met een groot risico
  • Onderzoek naar voldoende dekking voor onze aansprakelijkheid in de verschillende verzekeringspolissen.

Financiële linken met verbonden besturen
De belangrijkste werkingssubsidies betalen we aan de Politiezone,  de Hulpverleningszone en de Zorgband. De impact van het lokaal bestuur op deze begrotingen is laag. Via overleg tracht het lokaal bestuur wel te wegen op de te betalen dotaties. De uitgaven van deze besturen bestaan voornamelijk uit bezoldigingen en sociale lasten. De samendrukbare uitgaven zijn dus eerder aan de lage kant.

Een overzicht van de verbonden besturen vindt u in de documentatie. Er zijn momenteel geen verrassingen wat financiële tussenkomsten betreft bij deze besturen. Duidelijke afspraken moeten wel gemaakt worden met alle besturen zodat het lokaal bestuur wel impact heeft op haar tussenkomsten en niet louter dient als financierder. Daarom zijn zowel met de Politiezone, de Hulpverleningszone als de Zorgband afspraken gemaakt om de doorheen de jaren opgespaarde reserve terug te laten keren naar de gemeenten. Op die manier vragen we aan onze partners om minutieus te budgetteren en enkel de gelden op te vragen die nodig zijn voor hun werking. Door middel van overleg sturen we bij waar nodig en kunnen onze satellieten ook steeds kort op de bal spelen bij opportuniteiten.

Ook aan de besturen van de erediensten vragen we een zo correct mogelijke financiële planning zodat we de middelen daar waar nodig optimaal kunnen inzetten.

Beheersmaatregel:

  • Via professioneel overleg een goede en open communicatielijn opzetten met externe verbonden besturen zodat er geen financiële verrassingen komen.


Financiering
Schuldenlast beheren en onder controle houden
Het schuldsaldo op 31/12/2020 van het lokaal bestuur bedraagt 10 miljoen. Dit is 869 euro per inwoner van de gemeente. Tegenover deze schuld staat een actieve investeringspolitiek. De autofinancieringsmarge is meer dan voldoende om de netto-periodieke aflossingen van de schuld te dragen. Budgettair is er op 31/12/2022 een autofinancieringsmarge van bijna 185.942 euro. De actieve leningen zijn quasi allen gefinancierd met vaste rentevoeten. Dit betekent dat het lokaal bestuur niet kan en heeft genoten van de dalende rentevoet. De lening die we afgesloten hebben in 2021 is aan een uitzonderlijk laag tarief. Een herfinanciering van de bestaande kredieten is niet opportuun gezien de hoge te betalen herfinancieringskosten aan de financiële instellingen. Door de vaste rentevoet is er geen renterisico.

De investeringen in de deze legislatuur (inclusief die van het Autonoom Gemeentebedrijf en de investeringssubsidies aan onze partners) zullen we voor 15,5 miljoen euro financieren met leningen. Er wordt gezocht naar een zo goedkoop mogelijke kost voor de op te nemen leningen. In het Meerjarenplan zijn de aflossingen van de nieuwe leningen berekend op vijftien jaar aan een rente van 0,75%. Deze relatief korte terugbetalingstermijn is positief voor de intrestlast op de kredieten maar vraagt wel meer van onze autofinancieringsmarge.

Uit berekening blijkt dat het schuldsaldo op het einde van het meerjarenplan, m.n. 31/12/2025, 19,3 miljoen euro zal bedragen. Dit is in de veronderstelling dat alle investeringen volledig gerealiseerd zullen zijn en dat er geen overschotten zijn uit de verschillende jaarrekeningen. Ook op het einde van het meerjarenplan blijft de autofinancieringsmarge onder controle, we sluiten af met een AFM van bijna 460.000 euro. In dit schuldsaldo en voor de berekening van de schuldratio's houden we zowel rekening met de financiële schulden (bij banken) als de gespreide betaling (periode van 10 jaar) van de recreatiegronden.

De netto-schuldratio bedraagt in 2021 0,67 en in 2025 bedraagt deze 0,86.

Beheersmaatregel:

  • Oog hebben voor actieve schuldfinanciering en diversificatie van de kredietportefeuille.
  • Bij de opmaak van het MJP een goede inschatting maken van de op te nemen leningen en de eraan verbonden aflossingen en intresten.

De algemene schuldenlast onder controle houden door het bepalen van ratio’s en het bewaken van de autofinancieringsmarge.

Organisatiebeheersing
Fraude in betalingsverkeer
Besturen worden geconfronteerd met creatieve oplossingen met het oog op het uitvoeren van financiële transacties zodat deze terechtkomen bij een malafide begunstigde. In deze optiek zijn er beheersmaatregelen in het kader van het betalingsverkeer en het verwerken van inkomende facturen. De medewerkers zijn gevraagd voorzichtigheid te bieden in wijzigende gegevens van onze leveranciers.

Ook CFO-fraude (mailverkeer van algemeen of financieel directeur aan medewerkers om betalingen uit te voeren) is in opmars. Ook hier zijn de communicatielijnen in onze organisatie uiterst kort dat we deze frauduleuze praktijken steeds hebben kunnen opvangen.

Beheersmaatregel:

  • Duidelijke afspraken maken wie wat mag wijzigen van betaalgegevens en welke informatie op welke manier opgevraagd moet worden bij onze begunstigden.

Projectplanning in functie van beschikbare budgetten en liquide middelen
Een oud zeer in heel veel gemeentebesturen is de lage graad van de realisatie van het vooropgestelde investeringsprogramma. Uitvoeringsgraden lager dan 60% zijn geen uitzondering. Dit zorgt voor heel veel problemen, niet alleen inzake optimale projectplanning, maar eveneens kan dit leiden tot onrealistische budgettering en vooral inefficiënte financiering.

De BBC wil hiervan uitdrukkelijk afstappen en beoogt de financiering te sturen vanuit liquiditeitsnoden en niet langer vanuit de budgetten. Maar ook dit vereist binnen de besturen een degelijk projectmanagement, wat niet alleen een duidelijke en tijdsgebonden planning inhoudt, maar al evenzeer een realistisch en haalbaar investeringsprogramma. Nog te vaak worden vanuit politiek oogpunt projecten en investeringen in een bepaald jaar ingeschreven, terwijl vooraf goed geweten is dat deze niet haalbaar zijn. Hoeveel een stad/gemeente op jaarbasis kan investeren is immers zowel financieel als operationeel gelimiteerd.

Dergelijke wijze van budgettering belast de administratie onnodig. Enerzijds de uitvoerende diensten, die de druk en stress ervaren om het onhaalbare toch mogelijk te maken. Anderzijds de financiële dienst, die zijn thesaurieplanning en het aangaan van nieuwe leningen niet kan stoelen op betrouwbare cijfers en assumpties.

Beheersmaatregel:

  • Monitoringtool ontwikkelen om te komen tot realistische projectplanning.
  • Projectfiches gebruiken en laten valideren voor projecten met een belangrijke financiële impact.
  • Periodieke rapportering over de vooruitgang van projecten en budgetten.

Beschrijving grondslagen en assumpties

Terug naar navigatie - Beschrijving grondslagen en assumpties

In dit hoofdstuk geven we je informatie over de basisveronderstellingen die we gebruikt hebben bij de opmaak van dit meerjarenplan. We geven je inzicht in de groeivoeten van de verschillende budgetrubrieken. Ook hoe we alles financieren en de assumpties daaromtrent vind je hierna. Vanzelfsprekend worden bij elke meerjarenplanaanpassing alle budgetten grondig geëvalueerd en bijgestuurd.


In deze meerjarenplanaanpassing (versie 2022/0) werden alle budgetten door de verschillende diensten nagekeken en aangepast waar nodig. Aanpassingen die een invloed hebben op meerdere jaren werden in de verschillende jaren meegenomen. Zodoende werd het volledige meerjarenplan geactualiseerd.

De gevolgen van de coronacrisis op zowel de uitgaven als de ontvangsten werden al grotendeels opgenomen in de vorige meerjarenplanaanpassing (versie 2020/1). Ook alle steunmaatregelen van het lokaal bestuur aan de diverse doelgroepen werden eerder al opgenomen.

Exploitatie

Exploitatie uitgaven

Soort Groei Informatie
Goederen en diensten (60/61) 0%
  • Gezien de voldoende grote buffer op de werkingsbudgetten en om deze niet onnodig te verhogen, werd een nulgroei opgenomen in het meerjarenplan. Er zal bij meerjarenplanaanpassing gewijzigd worden waar nodig.
Personeel (62) 2%
  • Vertrekpunt is de personeelsbezetting 2021 en de geactualiseerde bezetting voor 2022 (incl. de vacatures). Op deze bezetting is een personeelsbudget gekoppeld die de basis vormt voor de volgende jaren.
  • Collega’s die op pensioen gaan worden 1 op 1 vervangen, aan dezelfde weddeschaal.
  • De bijdrage voor de tweede pensioenpijler bedraagt 2% in 2020 en 3% vanaf 2021.
  • op enkele maanden tijd hebben we te maken met twee indexsprongen, dit zorgt voor een felle stijging van het personeelsbudget.
Andere operationele uitgaven (640/7) 1%
  • Het betreffen vnl. door het bestuur te betalen belastingen.
Sociale steun (648 1%
  • Alle uitgaven voor de steun van de sociale dienst
Overdrachten (649)  
  • De werkingsdotaties voor de Politiezone, de Brandweerzone, IVM, de Zorgband en de Kerkfabrieken werden gebaseerd op hun meerjarenplannen en/of afsprakennota’s.
  • De prijssubsidies voor het AG Nazareth werden gebaseerd op het meerjarenplan van het AG.
  • De andere subsidies (reglementen en nominatief) kennen doorheen het meerjarenplan een nulgroei.
  • Aandacht gaat uit naar de dotatie aan IVM. Door dalende opbrengsten en stijgende kosten wordt IVM geconfronteerd met een groot verlies. Een extra dotatie werd gevraagd aan alle deelnemers.
Financiële kosten (65)  
  • De kosten van leningen zijn enerzijds gebaseerd op de aflossingstabellen van de bestaande leningen en anderzijds op een rentevoet van 0,75%. Leningen zijn gesimuleerd op vaste kapitaalsaflossingen over 15 jaar.

Exploitatie ontvangsten

Soort Groei Informatie
Ontvangsten uit de werking (70) 1%
  • Een groei van 1% op alle ontvangsten uit de werking door een verwachte toename van het aantal te leveren diensten.
Fiscale ontvangsten (73)  
  • Aanvullende Personenbelasting: op basis van historische gegevens zien we een gemiddelde jaarlijkse groei van 3%. 2022 = raming FOD Financiën, 2023-2025 = initiële ramingen. Goed op te volgen. Bij het afsluiten van deze meerjarenplanaanpassing waren nog geen geactualiseerde ramingen voor 2023 e.v. ontvangen.
  • Opcentiemen onroerende voorheffing en opcentiemen verkeersbelasting: gebruik van de door Vlaanderen aangeleverde formule, d.i. een groei van 3,5% in jaar x o.b.v. het cijfer van x-2. Gezien de uitbreiding van bedrijvenzone De Prijkels werd in 2023 een verhoging van 200.000 euro ingeschreven.
  • Algemene gemeentebelasting: groei van 1% met verhoging van 100.000 euro in 2023 gezien de uitbreiding van bedrijvenzone De Prijkels. Deze verhoging is gebaseerd op de inkomsten uit de bedrijvenbelasting van de reeds bestaande ondernemingen in die zone.
  • Andere belastingen: geen groei toegekend.
  • Een geactualiseerd overzicht van de fiscale opbrengsten en de mutaties over de volledige periode 2020-2025 vindt u in de documentatie.
Algemene werkingssubsidies (7401/4)  
  • Gemeentefonds basisdotatie + aanvullende: door Vlaanderen aangeleverde cijfers
  • Andere subsidies: op basis van de aangeleverde cijfers door de subsidiërende overheid, indien niet aanwezig werd een groei van 1% gerekend.
Specifieke werkingssubsidies (7405/7)  
  • In het algemeen een groei van 1%, op de subsidies van de BKO en het onderwijs werd een groei van 2% gerekend. Voor de werkingssubsidies van het onderwijs werd rekening gehouden met de gelijkschakeling van de financiering van een leerling lager onderwijs/kleuteronderwijs.
Toelagen m.b.t. sociale dienst (7408) 1%
  • Algemene groei van 1%
Andere operationele ontvangsten (741/7)  
  • Algemeen 1%, tenzij personeelsgerelateerd: 2%
Recuperatie steun (748) 1%
  • Volgt uitgavenstroom
Financiële opbrengsten (75)  
  • Op basis van de aangeleverde informatie. De daling in de dividenden is te verantwoorden door de overdracht van de openbare verlichting aan Fluvius en de verleddingsoperatie. De afschrijving van de investeringen wordt van het dividend afgetrokken. Zie ook de financiële risico’s wat de dividenden betreft van de distributienetbeheerders.
  • Vanaf 2023 is er significante daling van de dividenden door de gewijzigde en door de VREG opgelegde tariefpolitiek aan de distributienetbeheerders. Dit zorgt voor lagere dividenden voor de lokale besturen. De Vlaamse overheid zorgt de eerste jaren voor compensaties maar dit daalt geleidelijk aan de volgende vier jaren.

 

Investeringen

Een gedetailleerde lijst van investeringen werd opgenomen. Deze lijst bevat per investering de ontvangsten/uitgaven per jaar. De lijst is gestructureerd per investeringsproject. Elk investeringsproject begint met IP en heeft ofwel een cijfercode indien gekoppeld aan een prioritair actieplan, ofwel een beschrijvende naam indien gekoppeld aan niet-prioritair beleid.

Voorbeeld:

  • IP-PD4-01: dit betreft het investeringsproject gekoppeld aan prioritair actieplan PD4-01, m.n. Kwaliteitsvolle opvang voor kinderen van alle leeftijden.
  • IP-BKO: dit betreffen alle investeringen met betrekking tot de BKO, gekoppeld aan niet-prioritair beleid, vb. onderhoud BKO gebouwen, spelmateriaal,…

 

Binnen elk investeringsproject is voor budgettaire opvolging en rapporteringsdoeleinden een investering gekoppeld aan een actie. Via de actie en het beleidsitem is het mogelijk meer informatie over de investering te bekomen. Detailinformatie over de betrokken investering vindt u tenslotte in de laatste kolom, net voor de cijfergegevens.

Bij de opmaak van deze meerjarenplanaanpassing (4 de kwartaal 2021) werden de transactiekredieten 2021 van de investeringen geanalyseerd. De transactiekredieten van de investeringen die niet meer in 2021 worden uitgevoerd, zijn alvast verplaatst van 2021 naar 2022. Dit heeft geen invloed op de totale uitgave van een investeringsproject en werd niet meegenomen in de lijst met gewijzigde investeringen. Voor een overzicht van alle geraamde investeringen verwijzen we naar de investeringenlijst in het luik Documentatie.

 

Financiering

Financieringsuitgaven

De bestaande leningen werden ingeschreven op basis van de contractueel vastgelegde aflossingstabellen.

De kapitaalaflossingen van de nieuwe leningen zijn gesimuleerd op vaste kapitaalaflossingen met een terugbetaling over 15 jaar. De opname van een lening in jaar x kent een aflossing van 1/15 in jaar x+1.

De toegestane leningen aan het AG Nazareth zijn gelijk aan het investeringssaldo van dat betrokken jaar.

Financieringsontvangsten

In dit meerjarenplan hebben we voor 15,5 miljoen euro aan nieuwe leningen ingeschreven, waarvan 13,5 miljoen euro leningen bij financiële instellingen en 2 miljoen euro bij de Volkshaard in het kader van een gespreide betaling van de aankoopsom van de recreatiegronden. Deze externe financiering dienst voor de 27 miljoen euro investeringen waarvan 20,3 miljoen euro investeringen in de Gemeente en het OCMW, 5,1 miljoen euro investeringen in het AG Nazareth en bijna 1,5 miljoen euro aan investeringssubsidies voor politie, brandweer, zorgbedrijf en erediensten.

De kapitaalaflossingen van het AG Nazareth aan de gemeente zijn op basis van het afschrijvingsritme van de onderliggende investeringen.

We ontvangen nog steeds een terugbetaling van een lening door Farys. In 2021 en 2022 is er ook nog een aflossing van Projectvereniging Wijkwerken.

 

Resultaten

Gecumuleerd budgettair resultaat vorig boekjaar

Het vertrekpunt voor dit meerjarenplan is het beschikbaar budgettair resultaat van het vorige boekjaar, i.c. is dit het rekeningresultaat van 2020 en bedraagt 3.516.582 euro.

Beschikbaar budgettair resultaat

Op basis van voorgaande exploitatie-, investerings- en financieringsbudgetten komen we tot het beschikbare budgettaire resultaat. Dit resultaat is elk jaar ruim positief waardoor het de norm respecteert.

Autofinancieringsmarge

De autofinancieringsmarge toont aan in welke mate een bestuur in staat is zichzelf te financieren en welke middelen overblijven om eventueel nog extra te besteden aan leningsuitgaven. Het lokaal bestuur heeft elk jaar een mooie autofinancieringsmarge en die in 2025 zelfs aangroeit tot bijna 460.000 euro.

Door het respecteren van ook deze norm is aan beide evenwichtsnormen voldaan.

 

De gecorrigeerde autofinancieringsmarge toont aan of een bestuur snel genoeg zijn leningen aflost. Een te trage terugbetaling van leningen hypothekeert immers volgende bestuursploegen. De correctie op de autofinancieringsmarge is elk jaar positiever dan de echte autofinancieringsmarge. Dit betekent dat het lokaal bestuur sneller zijn leningen terugbetaalt dan Vlaanderen verwacht.

 

Schuldratio

Het bestuur wenst naast de twee evenwichtsnormen haar financiële gezondheid ook te monitoren via de schuldratio. Via deze ratio drukken we de openstaande schuld op 31/12 van een bepaald jaar uit tegenover de geraamde totale exploitatieontvangsten van dat jaar, d.i. de bruto-schuldratio. In de iets strengere netto-schuldratio halen we de terugbetaling van de lonen van het onderwijzend personeel en de statutairen van de Zorgband uit de exploitatieontvangsten. Gezien de basis lager is, wordt de ratio hoger. Het bestuur wenst de schuldratio’s onder de 1 te houden tegen het einde van de legislatuur, dit betekent dat er geen grotere openstaande schuld is dan de totale exploitatieontvangsten. In het schuldsaldo houden we niet alleen rekening met de verwachte financiële schulden bij de banken maar ook met de gespreide betaling van de recreatiegronden.

Schuldratio 2021 2022 2023 2024 2025
Bruto 0,58 0,79 0,81 0,83 0,75
Netto 0,67 0,91 0,94 0,95 0,86